Gedeputeerde luidt doodsklok voor natuurbegraven
vrijdag 16 oktober 2015
Met haar voorstel om de grafdichtheid op natuurbegraafplaatsen in het Gelderse Natuur Netwerk (GNN) te verlagen naar 25 – 50 graven per hectare luidt gedeputeerde Josan Meijers de doodsklok voor natuurbegraven in Nederland. Door de verlaging verliest natuurbegraven zijn aantrekkelijkheid als verdienmodel voor particulieren. Alleen gesubsidieerde organisaties kunnen er nog mee uit de voeten. Tegen deze instellingen loopt echter een klacht wegens oneerlijke concurrentie bij de Europese Commissie. Als de Commissie deze klacht gegrond verklaart zijn ook deze organisaties uitgerangeerd en heeft natuurbegraven geen toekomst meer in Nederland. De toekomstige consument, recreant en particulier worden de dupe van een gebrek aan bestuurlijke visie.
Door de verlaging naar 25 – 50 graven per hectare daalt de omzet uit natuurbegraven met 96%. Hierdoor komen particuliere initiatieven om cultuurgoederen – landgoederen, vestingen, steenovens, kastelen en dergelijke - in stand te houden en open te stellen op de tocht te staan. Dit staat haaks op het streven van de provincie om landgoederenzones te ontwikkelen en cultuurgoed te behouden.
Het verlagen van de grafdichtheid leidt bovendien tot een toename van natuurbegraven in natuurgebied en een extra oppervlaktebeslag van 2200% ten opzichte van de huidige praktijk. Hierdoor raakt het GNN 23 keer sneller vol en bestaat de kans dat Gelderland binnen 100 jaar verandert in een ‘dodenakker.’ Dit staat haaks op de natuurdoelstellingen van de provincie.
Als de provincie verstandig is houdt zij het verdienpotentieel van natuurbegraven daarom op peil en concentreert zij natuurbegraven op locaties met een dubbelbestemming natuur en cultuur.
Dit kan door de grafdichtheid in het GNN vast te stellen op 50 – 250 graven per hectare - nog altijd een reductie van 50 % t.o.v. de huidige praktijk - en binnen deze bandbreedte te differentiëren op basis van de natuurwaarden van het betreffende plangebied. In de meeste gevallen leidt dit tot een realistisch verdienmodel dat aansluit bij de bestaande natuurbegraafpraktijk - gemiddeld 586 graven per hectare – en de aanbevelingen van het Alterra-rapport ‘Terug naar de Natuur’.
Om oneerlijke concurrentie en monopolievorming te voorkomen moet het ontwikkelen van natuurbegraafplaatsen in gesubsidieerde natuurgebieden worden tegengaan. Hiermee bevordert de provincie een ‘gezonde’ natuurbegraafmarkt die voldoet aan de Europese richtlijnen en adequaat inspeelt op de wensen van de consument.
Samen voorzien beide maatregelen in de beleidsmatige kaders die het ‘nieuwe begraven’ nodig heeft om zijn vleugels uit te slaan en zijn plaats te verwerven als duurzaam alternatief voor traditioneel begraven of cremeren. Hiermee wordt tegemoetgekomen aan de wens van een groeiende groep Nederlanders.
Dit is een persbericht ingezonden door Mr. A.P.H. Stuyling de Lange, eigenaar van landgoed De Polberg te Wapenveld (Gld) en sinds 2014 bezig om een natuurbegraafplaats te realiseren op het landgoed.