Tempo vergrijzing loopt op
vrijdag 17 december 2010
Nederland gaat de komende jaren in verdubbeld tempo vergrijzen. In de periode 2011-2015 komen er een half miljoen 65-plussers bij. In de afgelopen vijf jaar ging het nog om een kwart miljoen. De versnelling wordt veroorzaakt doordat de grote babyboomgeneraties, geboren na de Tweede Wereldoorlog, de komende jaren 65 worden. Tussen 2016 en 2040 komen er nog eens 1,5 miljoen 65-plussers bij. In 2040 zal het aantal ouderen zijn opgelopen tot 4,6 miljoen, ten opzichte van 2,6 miljoen nu. Na 2040 zet een daling in. Dit blijkt uit de nieuwe bevolkingsprognose voor de lange termijn van het CBS.
Volgens de nieuwe prognose hebben de mannen van generatie 1946 na hun 65e gemiddeld nog 19 levensjaren voor de boeg. Voor de vrouwen is dat 22 jaar. Vergeleken met de generatie geboren in 1930 zijn dat 3 extra jaren voor de mannen en 2 extra jaren voor de vrouwen. Voor mannen en vrouwen geboren in 1960 komt daar naar verwachting nog een jaar bij.
De sterfterisicos dalen volgens de nieuwe prognose iets sterker dan volgens de prognose uit 2008. De verwachte resterende levensduur voor de mannen van generatie 1946 ligt daardoor 0,1 jaar, die voor de vrouwen 0,6 jaar boven het cijfer van de vorige prognose.
In 2040 zal iets meer dan een kwart van de bevolking 65 jaar of ouder zijn, Het aandeel 80-plussers loopt naar verwachting op tot 10 procent rond 2050. Nu gaat het nog om respectievelijk 16 en 4 procent.
De potentiële beroepsbevolking van 20- tot 65-jarigen omvat nu 10,1 miljoen mensen. Tot 2040 wordt een daling met 0,8 miljoen verwacht. Per 100 leden van de potentiële beroepsbevolking is het aantal 65-plussers nu 26. Verwacht wordt dat dit oploopt tot 49 per 100 in 2040.
Bij een pensioenleeftijd van 66 jaar in 2040 zou de daling van de potentiële beroepsbevolking beperkt blijven tot 0,6 miljoen. Stijgt de pensioenleeftijd tot 67 jaar in 2040, dan bedraagt de krimp naar verwachting nog 0,4 miljoen. De verhouding tussen 65-plussers en potentieel werkenden zou dan uitkomen op 43 in plaats van 49 per 100 in 2040.
De Nederlandse bevolking groeit naar verwachting door van 16,7 miljoen nu tot 17,8 miljoen rond 2040. Vanaf 2040 wordt een beperkte bevolkingskrimp verwacht. Voor 2060 wordt een bevolkingsomvang van 17,7 miljoen voorzien.
Nederland blijft naar verwachting een immigratieland, met een netto instroom op termijn van 16 duizend immigranten per jaar. Voor de eerstkomende jaren wordt nog een migratiesaldo van zon 30 duizend per jaar verwacht.
Immigratie levert een belangrijke bijdrage aan de bevolkingsgroei. In 2010 vestigden zich naar schatting 147 duizend immigranten in Nederland. Op termijn gaat de prognose uit van een structureel aantal immigranten van 144 duizend per jaar. Door de uitstroom van ouderen uit de potentiële beroepsbevolking kan meer vraag naar buitenlandse arbeidskrachten ontstaan. Dit zal naar verwachting belangrijk bijdragen aan de toekomstige immigratie.
De laatste jaren komen migranten steeds vaker voor studie en arbeid naar Nederland, waar het in het verleden meer om gezinsmigratie ging. Gevolg is dat de immigranten vaak na enkele jaren weer vertrekken. De emigratie ligt daardoor ook op een hoog niveau. Afgelopen jaar vertrokken ongeveer 119 duizend emigranten uit Nederland. Dit loopt naar verwachting op tot 128 duizend per jaar op de lange termijn.
Het aantal allochtone inwoners zal in de toekomst verder stijgen. Er wonen nu 3,4 miljoen allochtonen in Nederland. Voor 2060 worden 5,4 miljoen allochtonen verwacht. Zon 60 procent van de toename zal in Nederland geboren allochtonen betreffen. Het aantal autochtone inwoners loopt naar verwachting nog op van 13,2 tot 13,3 miljoen en gaat rond 2025 krimpen, tot 12,3 miljoen in 2060. In 2060 zal naar verwachting iets meer dan 30 procent van de bevolking allochtoon zijn. Nu is dat 21 procent.