Oude uitvaartverzekering moet vertaald naar heden
vrijdag 21 september 2018
Het Kifid heeft een uitspraak gedaan in een zaak die een nabestaande had aangespannen tegen Ardanta. Haar man had twee uitvaartverzekeringen uit 1949 en 1971. De verzekering uit 1949 dekte een ‘uiterst verzorgde begrafenis’. Maar na de uitvaart van haar man moest de vrouw in eerste instantie meer dan 4.000 euro bijbetalen.
De verzekeraar vond dat heel veel zaken uit de (natura) polis niet vielen onder wat er uiteindelijk is afgenomen bij de crematie. Maar het Kifid denkt daar heel anders over. In de polis stond onder andere dat de man was verzekerd voor de diensten van een aanspreker, acht dragers, gebruik van katafalk en baarkleed, graf en grafrechten. Er stond geen maximum verzekerd bedrag vermeld in de polis.
Het Kifid vindt dat het gebruik van de katafalk en het baarkleed van destijds, nu gezien kan worden als een opbaring met bezoek in een uitvaartcentrum. Het graf en de grafrechten kunnen naar de tijd van nu ook worden gezien als de kosten voor een crematie en de asbehandeling. Daardoor was de overledene volgens het Kifid weldegelijk verzekerd voor een aantal zaken waar zijn weduwe een factuur voor ontving.
Overigens vielen niet alle afgenomen diensten onder de oude verzekeringen. Zo moet mevrouw wel betalen voor het verwijderen van de pacemaker en een aantal andere zaken. Nadat de vrouw eerder bezwaar indiende bij de verzekeraar werd het openstaande bedrag teruggebracht naar 1.714 euro. De vrouw wilde dat de complete uitvaart werd vergoed. Het Kifid is van mening dat de verzekeraar nog 769 euro van dat bedrag moet halen omdat dat zaken betreft die wel verzekerd waren. De rest van het bedrag blijft voor rekening van de weduwe.
Bekijk de hele uitspraak op de website van het Kifid.