Nieuwe uitspraak Ombudsman Uitvaart op Klacht 2009-120: Grote hoeveelheid belangstellenden bij uitvaart, verwacht of onverwacht?
dinsdag 25 mei 2010
Klacht 2009-120, gaat vooral over het lastige probleem van hoe nabestaanden aannemelijk kunnen maken dat ze bepaalde dingen hebben afgesproken met de uitvaartverzorger.
Bij een concreet verweer, moeten klagers de klacht aannemelijk maken en in dat stadium meer (concrete) informatie aandragen. Als die er niet is kan de ombudsman de klacht(en) vaak niet gegrond verklaren.
In dit geval ging het om een aantal afspraken die gemaakt zouden zijn over o.a. de gang van zaken bij het afscheid nemen voorafgaande aan de uitvaartplechtigheid.
Daarnaast kwamer er veel meer belangstellenden dan de uitvaartleider had begroot (225 op de begrote 125). klager stelde al in een vroeg stadium te hebben aangegeven 160-170 bezoekers te verwachten. Dit bleek alleen nergens uit.
Waar de uitvaartverzorger meldde dat er juist veel was gedaan om de uitvaart in goede banen te leiden, ondanks de vele bezoekers, stelde de klager dat er flexibeler omgegaan had moeten worden met ong. 50 extra bezoekers (boven de door hem genoemde 160-170).
Sommige omstandigheden zijn door klager pas in zo'n laat stadium genoemd dat zij niet meer konden worden nagegaan.
De klachten konden niet gegrond worden verklaard. Wat er werkelijk is gebeurd kon niet worden vastgesteld.
Zie voor de volledige uitspraak: www.klachteninstituutuitvaartwezen.nl.