tweede huwelijk/vruchtgebruik
2 december 2004
Vraag nummer: 8822 (oude nummer: 5087)
Beste lezer,
Situatie:
Het leeftijdsverschil tussen mijn man en ik is 20 jaar. Wij zijn niet in gemeenschap van goederen gehuwd.Dit is zijn tweede huwelijk. Hij heeft drie kinderen. Per testament heeft hij laten vastleggen, dat ik het vruchtgebruik na zijn dood zal hebben. Echter, ik moet bij het overlijden van mijn moeder,-uiteraard wanneer zij na hem overlijdt-, zijn kinderen hun erfdeel betalen. Aangenomen mag worden dat ik daartoe dan in staat ben. De notaris achtte dit toentertijd redelijk, omdat mijn man zijn kinderen anders nagenoeg zou onterven omdat wij niet veel in leeftijd verschillen.
Ik heb moeite met de situatie.
Daarom heb ik een aantal vragen:
1. heel elementair: bedraagt ieders erfdeel (echtgenote/3 kinderen)1/4 e van zijn bezittingen?
2. Dit testament is gemaakt voor de nieuwe wetgeving waarin de positie van de langstlevende veel meer is verstekt. Wat gaat voor: de bepalingen in dit testament (die in zekere zin in strijd zijn met de nieuwe wetgeving) of de nieuwe wet?
3. Is de bepaling dat ik moet betalen als mijn moeder sterft, sowieso wel rechtsgeldig? Een jurist zei mij, dat iemand in zijn testament niet kan beschikken over het geld van iemand anders.
Ik hoop op een antwoord.
Heel hartelijk dank.
Antwoord:
Geachte mevrouw,
Even vooraf: waarom zou u de vorderingen (erfdelen) van de kinderen van mijnheer moeten betalen? U wordt toch slechts vruchtgebruiker en geen erfgenaam?
Dan uw vragen:
1. tenzij in het testament anders is bepaald is het erfdeel bij 4 erfgenamen inderdaad 1/4
2. In een testament wijk je af van de wet, de oude wet, maar ook de huidige wet. Het testament gaat dus voor! Uw man kan het testament toch herroepen??
3. Zie mijn inleidende opmerking. De vruchtgebruiker wordt niet de vol eigenaar, dus ik zie geen redenen waarom er opeens uitgekeerd moet worden. Strikt genomen kunt u niet eens uitkeren omdat u niet de eigenaar bent! Ik zou het testament nader moeten bekijken, maar ik vind het wat vreemd.
Indien u toch een verplichting tot uitkering heeft, vind ik het niet onlogisch (hoewel ongebruikelijk) dat u moet uitkeren na overlijden van uw moeder, ervan uitgaande dat: 1 u erft van uw moeder 2. er iets te erven valt. Is dat niet zo, dan vind ik de bepaling wel onlogisch.
Wat die jurist stelt is juist, maar in dit geval niet van toepassing omdat het slechts het moment van uitbetalen aangeeft.