testament
18 januari 2010
Vraag nummer: 13366 (oude nummer: 14843)
Onlangs maakte mijn echtgenoot een testament met de volgende inhoud:
A. Herroeping:
Ik herroep alle eerder door mij gemaakte uiterste wilsbeschikkingen.
B. Efstelling I: Ik benoem mijn echtgenote tot mijn enige erfgename.
Ik bepaal ten behoeve van mijn echtgenote dat eventuele ten laste van haar komende vorderingen terzake van de legitieme portie eerst opeisbaar zijn na haar overlijden. Onverminderd het bepaalde in de vorige zin is mijn genoemde echtgenote, voor zover de vordering terzake van de legitieme portie niet opeisbaar is, op verzoek van een legitimaris verplicht tot voldoening voor deze van de belasting, geheven terzake van de verkrijging van deze vordering. Die vordering van de betreffende legitimaris wordt verminderd met het ingevolgde de vorige zin voor de legitimaris voldane bedrag.
C. Erfstelling II:
Voor het geval erfstelling I geen effect sorteert, dan bepaal ik dat mijn nalatenschap zal vererven volgens het erfrecht bij versterf.
Met betreft tot erfstelling C.II wat betekent de bepaling "geen effect sorteert" en welke zijn de zwakke punten van dit testament waarop opgelet moet worden?
Antwoord:
Geachte mevrouw,
Uiteraard raad ik u van harte aan om contact op te nemen met de notaris die het testament heeft gemaakt. Om u toch enigszins te helpen. Indien de langstlevende benoemd is tot enige erfgenaam maar al eerder is overleden (of niet wil erven) dan sorteert die benoeming dus geen effect.
Ik weet niet of de betaling van successiebelasting over de legitieme portie (indien daar een beroep op wordt gedaan) nu echt in het belang van de langstlevende is.