Tijdstip inkorten Legitieme Portie
14 april 2020
Vraag nummer: 60505
Mijn vader is overleden en mijn broer is onterfd. Er is een OBV in het testament, zodat alles naar moeder gaat en ik een vordering van mijn erfdeel op moeder krijgt en mijn broer een vordering ter waarde van zijn legitieme portie op moeder krijgt. Beide vorderingen zijn nog niet opeisbaar, omdat moeder nog leeft. Over mijn erfdeel wordt 7% enkelvoudige rente betaald; over de Legitieme Portie wordt de rente volgens de wet betaald en dat komt momenteel neer op 0% (wettelijk rente is lager dan 6%).
De Legitieme Portie van broer moet volgens de wet voor 50% worden ingekort op mijn erfdeel.
Op welk moment moet dat gebeuren? Nu direct op datum overlijden vader, of pas mijn erfdeel en de Legitieme Portie kan worden opgeëist?
Anders gesteld: ontvang ik zolang moeder leeft 7% op mijn volledige erfdeel of 7% over mijn erfdeel minus 50% van de Legitieme Portie?
Antwoord:
Geachte mevrouw,
Volgens uw opgave is er thans (onder meer) een vordering op de langstlevende ter grootte van de legitieme portie en opeisbaar bij overlijden van de langstlevende. Deze vordering dient dan te worden voldaan door de erfgenamen van de langstlevende. Of wel of niet rente is verschuldigd kan ik niet beoordelen. Of eventueel aanspraak is gemaakt op de legitieme portie bij het overlijden van uw vader kan ik niet beoordelen.
In het testament zal zijn aangegeven óf rente is verschuldigd, zo ja hoe hoog die is en wanneer die rente voldaan dient te worden.
In de nalatenschap van de langstlevende (uw moeder) zal weer bekeken moeten worden wat de inhoud van haar testament is en wie de erfgenamen zijn. Ook in die nalatenschap kan sprake zijn van een legitieme aanspraak indien ook in die situatie sprake is van onterving.