Definitie doodgeborene België/Nederland
27 maart 2004
Vraag nummer: 3025 (oude nummer: 4174)
Geachte,
In de Belgische wetgeving is de definitie van levenloos kind: Het levenloos geboren kind is de na een zwangerschapsduur van ten minste 140 dagen, of 20 weken postconceptie, ter wereld gekomen menselijke vrucht, die na de geboorte geen enkel teken van levensverrichting heeft getoond .
Volgens de Wet op de Lijkbezorging 1991, volgens art. 2, §1b de na een zwangerschapsduur van ten minste vier en twintig weken ter wereld gekomen menselijke vrucht, welke na de geboorte geen enkel teken van levensverrichting heeft vertoond.
Dus in België is de grens minstens 140 dagen, in Nederland minstens 168 dagen.
En
De grens van 22 weken PML of 20 weken postconceptie wordt in de wereld van de neonatologie algemeen aanvaard als de grens beneden welke een kind niet levensvatbaar kan geboren worden. De Wereldgezondheidsorganisatie heeft zich trouwens reeds in 1975 duidelijk in die zin uitgesproken. Zij pleit uitdrukkelijk voor de officiële aangifte bij de bevoegde overheden van elk kind dat levenloos geboren wordt vanaf 22 weken PML of 20 weken postconceptie.
HOE KOMT HET DAT IN NEDERLAND DE GRENS 24 WEKEN BEDRAAGT in plaats van 20 weken?
Dit is misschien geen evidente vraag maar alvast dank bij voorbaat.
Filip (student criminologie RUG)
Antwoord:
Geachte heer,
De grens van 24 weken in Nederland is ook maar gewoon een keuze geweest. Maar de keuze is eigenlijk al enkele decennia eerder gemaakt, eind jaren '60, omdat het wetsontwerp dat in 1991 wet werd, al in 1971 bij het parlement werd ingediend. Ja, wetgeving kan soms heel erg traag gaan als er geen politieke druk achter zit.
De '24-wekengrens' werd dus bedacht in een tijdperk dat de medische wetenschap nog niet zo ver was, dat kinderen onder de 24 weken levensvatbaar waren. En dus ook vóór het standpunt van de WHO.
Maar ach, wat is de betekenis van de grens? Wie kan precies bewijzen wanneer een kind is verwekt? De wens van de ouders om het zeer jonge kind wel of niet een uitvaart te geven, is praktisch doorslaggevend.
mr W.G.H.M. van der Putten
27 maart 2004
PS Zie voor een aanvulling vraag 3856 (oud nummer 6080)