Rouw (over beschadigde familieverhoudingen) bij de afwikkeling van een erfenis
14 november 2002
Vraag nummer: 1526 (oude nummer: 1887)
Sun Dec 3 14:40:43 2000
Bij de afwikkeling van een erfenis spelen niet alleen juridische problemen. Ik heb na het overlijden van mijn broer de afwikkeling van de erfenis gecoördineerd. Uitgangspunt was zoveel mogelijk in overleg, op basis van duidelijke afspraken (concensus) en vooral zo eerlijk mogelijk. Alles gedaan om onenigheid te voorkomen en toch.... hebben 2 familieleden juist vanwege de erfenis geen contact meer met het overgrote deel van de rest van de familie. Niets nieuws als je alle verhalen van anderen over de afwikkeling van erfenissen mag geloven, maar toch. Naast het verlies van m'n overleden broer moet ik ook nog (leren) omgaan met het 'verlies' van twee nog levende familieleden. Heel moeilijk, ook omdat het gevoel blijft knagen dat ik daardoor gefaald heb in de afwikkeling van de erfenis. Er zijn heel veel mogelijkheden voor het krijgen van hulp bij de juridische afwikkeling en bij de rouwverwerking vanwege het overlijden, maar wie kan mij helpen bij dit 'rouw'-gevoel als gevolg van de afhandeling van de nalatenschap?
Antwoord:
Fri Dec 8 02:56:58 2000
Geachte heer of mevrouw,
Helaas blijken erfenissen altijd nog hoog te scoren als bron of aanleiding van verstoorde familieverhoudingen. Ik hoor het wel vaker, evenals alle trammelant over het wel, deels of niet uitvoeren van testamenten en codicillen.
Het is natuurlijk spijtig als u een knagend gevoel hebt over het afwikkelen van de erfenis. Maar dat is niet exclusief voor erfenissen. Als je op een meer zakelijke manier van doen krijgt met mensen, die je anders alleen treft op een verjaardagsfeestje of een bruiloft, komen andere kanten naar voren. Maar dat kan ook blijken als bijvoorbeeld twee hele goede vrienden samen een bedrijf opstarten. Dan blijken mensen toch andere kanten te hebben en onverwachte opinies te hebben. Vrienden en in zekere mate ook zakenrelaties kun je kiezen. Maar familie niet.
Het klinkt als een open deur, maar het is toch juist: u moet het zich niet zo aantrekken. Er zijn nu eenmaal mensen voor wie je het nooit goed doet, wat je ook doet. Ik heb vroeger diverse management-functies gehad. Hoewel ik dat heel erg leuk vond (en nog steeds vind) heb ik ook ervaren dat er mensen zijn, collega's of ondergeschikten, die het altijd ergens mee oneens moesten zijn. Daar heb ik eens een keer een truc mee uitgehaald. Ik was directeur van een hoofdafdeling met diverse afdelingen, bij elkaar ruim 40 mensen. Lastige eigenwijze mensen, want bijna allemaal juristen. Die mensen moesten met elkaar brainstormen over een bepaalde reorganisatie en cultuuromslag. Dat heb ik in 2 groepen gedaan, direct achter elkaar, zodat ze elkaar niet tussendoor konden spreken. In groep 1 heb ik plan A verdedigd en plan B afgekraakt; in groep 2 plan B verdedigd en A afgekraakt.
De mensen van wie ik een bepaald soort oppositie verwachtte, had ik over beide groepen verdeeld. U voelt al aan wat gebeurde: een groepje stemmingmakers in groep 1 koos voor B en zo'n groepje in 2 verdedigde uit alle macht A. Toen we een plenaire bijeenkomst hadden en we het groepsproces evalueerden was voor iedereen duidelijk dat die cultuuromslag nodig was. Een van mijn belangrijkste persoonlijke ervaringen als manager is dat je wat eelt op je ziel moet kweken.
Als u van uzelf zeker weet dat u alles eerlijk en objectief hebt gedaan, dan is er maar een conclusie mogelijk: het ligt niet aan u, maar aan die anderen. En dan hoeft u zich geenszins schuldig of rouwig te voelen. Als het mensen zijn die niet willen inzien dat alles eerlijk en objectief is gebeurd, dan is het maar beter dat de banden verbroken zijn.
mr W.G.H.M. van der Putten
8 december 2000