Identificatie (voorgeschreven document)
19 september 2002
Vraag nummer: 1095 (oude nummer: 1430)
Fri Dec 29 10:31:24 2000
Hoewel u deze vraag eerder volgens mij eerder hebt behandeld, ben ik hem niet (meer) tegengekomen in uw rubriek.
In artikel 8.1. van de Wlb wordt aangeven dat voor identificatie op de kist of het andere omhulsel van het stoffelijk overschot een een registratienummer vermeld moet worden. In 8.2. staat dat dat registratienummer ook op een bijgevoegd document vermeld moet worden, dat tevens de namen, overlijdens- en geboortedata, dan wel de geslachtsnaam van de doodgeborene bevat. Mijns inziens kan het verlof voor een begraving of crematie, wanneer daarop duidelijk het registratienummer vermeld wordt, dienen als het in de wet voorgeschreven formulier. Volgens diverse beheerders van begraafplaatsen is dat echter niet het geval en moet er een apart formulier worden overlegd. Wie heeft gelijk?
Bij voorbaat vriendelijk dank voor uw reactie.
Antwoord:
Fri Dec 29 14:29:31 2000
Geachte heer Adriaanse,
Ik weet ook niet meer of ik deze vraag in deze rubriek al eerder heb behandeld. Wel heb ik dit punt ook besproken in mijn Handboek en toen ook de suggestie gedaan om gewoon het verlof tot begraving van de ambtenaar van de burgerlijke stand te gebruiken, want dat moet toch worden overgelegd, en daar dan het registratienummer op te vermelden. Als je een apart document zou moeten maken, zou dat neerkomen op het overschrijven van de gegevens van het verlof, wat alleen maar kansen op (over)schrijffouten geeft, en er verder niets aan toevoegen.
Ik ben het dus helemaal met u eens.
Ik zou beheerders van begraafplaatsen die het anders zien verwijzen naar mijn Handboek, of hen de suggestie doen om maar eens contact op te nemen met de bedrijfsconsulent van de Landelijke rganisatie van Begraafplaatsen (tel. 078-6425048, fax 6425049, e-mail bedrijfsbureau@begraafplaats.nl)
Graag wens ik u en uw collega's een fijne jaarwisseling en een gelukkig 2001.
mr W. van der Putten
29 december 2000