Voorwaarden exploitatie crematorium
27 februari 2010
Vraag nummer: 7361 (oude nummer: 15262)
Aan welke voorwaarden dient men te voldoen om een crematorium te exploiteren ?
Antwoord:
Geachte mevrouw,
In artikel 51 en volgende van de Wet op de lijkbezorging staat aan welke eisen crematoria moeten voldoen.
Het is verboden een crematorium, dat niet op de voet van het bepaalde bij of krachtens deze wet gevestigd of in werking is, in werking te brengen of te houden.
Iedereen kan een crematorium beginnen. In artikel 52 staat dat een bijzonder (= niet-gemeentelijk)crematorium slechts kan worden gevestigd en in werking gehouden door een kerkgenootschap dan wel door een privaatrechtelijke rechtspersoon of een natuurlijk persoon. Maar dat is dus iedereen.
Voor het vestigen, uitbreiden of wijzigen van een bijzonder crematorium heeft men een vergunning van burgemeester en wethouders nodig. De gemeente moet het voornemen om een vergunning voor het vestigen van een bijzonder crematorium af te geven ten minste dertig dagen tevoren openbaar maken.
Waar de gemeente rekening mee zal houden is of het bestemmingsplan in de komst en exploitatie van een crematorium voorziet. Dat zal waarschijnlijk nog niet het geval zijn, dus dat zal moeten worden aangepast. Voorts zal men voor de installaties een vergunning op grond van de Wet milieubeheer nodig hebben. Meer kan ik zo snel niet bedenken.
De eisen zijn dus eigenlijk niet zo hoog. Het is logisch dat een crematorium aan milieueisen moet voldoen en dat het komt te staan op een plek waar het weinig overlast bezorgt. De overlast bestaat niet uit uitstoot van allerlei stoffen (filters vangen die af, de eisen zijn streng), maar vooral uit het autoverkeer dat zo'n voorziening aantrekt. Er komen dagelijks honderden mensen naar een crematorium.
Ik merk nog wel op dat crematoria een beetje een verdringingsmarkt is. Het aantal crematies is de afgelopen jaren wel gestegen, maar het aantal crematoria is sterker gestegen. Er is duidelijk meer concurrentie dan bijvoorbeeld 10 of 20 jaar geleden.
Met vriendelijke groet,
mr W.G.H.M. van der Putten