Wie heeft recht op de as...? (De zaak van de 4 zonen)
20 januari 2016
Vraag nummer: 44938
Geachte heer,
Onderstaande situatie doet zich voor. Overleden zijn moeder en vader. Er zijn acht kinderen. En dan komt het: de huidige situatie is...
1. Er is 1 zoon executeur testamentair,
2. Een tweede zoon is aanvrager crematie(s),
3. De jongste zoon heeft betalingen aan uitvaartbedrijf verricht,
4. De asbussen zijn bij een vierde zoon in bezit...
Nu hebben de acht kinderen samen een meningsverschil over wat de asbestemming moet gaan worden. De zoon die executeur testamentair is claimt de meeste rechten te hebben?
Men tracht in een goed overleg uit het geschil te komen. Men weet niet in hoeverre (één van) de kinderen zaken gaan claimen...
Heeft u een antwoord?
Dank en groet,
Uitvaartzorg Waterhof Gemert BV
René van Hoof.
Antwoord:
Geachte heer,
In de door u beschreven situatie speelt als misschien wel doorslaggevende factor de vraag hoe lang geleden de crematies geweest zijn. En welke afspraken ten grondslag lagen aan het feitelijke bezit van zoon nr. 4. Misschien wel geen.
Uw casus zou een leuke examenvraag zijn voor rechtenstudenten, als er een vak 'lijkbezorgingsrecht' zou bestaan. Zo'n vak bestaat niet. Maar het blijft een klassiek type vraag voor studenten.
Docenten willen dan niet alleen een uitkomst weten, of het zoon 1 of 2 wordt. Zij willen vooral lezen hoe, via welke redeneringen, de student tot een bepaalde conclusie is gekomen.
Ik ga mijn best doen.
1. Of zoon 1, die executeur was, de meeste rechten heeft, hangt af van de vraag of in de beide testamenten van de ouders staat wat er na de crematie met hun as moet gebeuren. Als er in een testament een wens staat, moet die wens worden uitgevoerd. Als er in het testament niets over de asbestemming staat, heeft zoon 1 geen bijzondere positie ten opzichte van zijn broers en de andere kinderen.
2. Zoon 2, de opdrachtgever van de crematies, kan aangeven wat er met de as moet gebeuren zo lang de asbus nog bij een crematorium staat of wanneer die tijdelijk elders is opgeslagen. Dat volgt uit artikel 18 Wet op de lijkbezorging. Inmiddels staan de asbussen bij zoon 4. Waren er uitdrukkelijke afspraken dat dit een tijdelijke situatie zou zijn, of niet. Als er geen uitdrukkelijke afspraken waren, heeft zoon 2 zijn oorspronkelijke beschikkingsmacht verloren. Zijn die afspraken er wel, dan heeft hij misschien nog aanspraken.
3. Zoon 3 heeft betalingen verricht aan het uitvaartbedrijf. Wie wat heeft betaald aan het uitvaartbedrijf of het crematorium, is niet relevant. Zulke betalingen gaan soms ook via een boekhouder of een notaris; die worden daarmee ook niet beslissingsbevoegd voor de asbestemming. Het doen van betalingen geeft zoon 3 geen bijzondere positie ten opzichte van zijn zeven broers en zussen.
4. De asbussen zijn nu in bezit van zoon 4. Dan lijkt het zo dat deze zoon op dit moment de sterkste papieren heeft. Ik vergelijk de situatie met de rechthebbende van een graf, urnengraf of urnennis, die volgens de wet dan ook zeggenschap over de asbus heeft. Zeggenschap over de ruimte waar de asbus zich bevindt, geeft een sterke positie. Ook als die ruimte een eigen huis is.
Maar of die positie werkelijk zo sterk is hangt af van de vraag hoeveel tijd er verlopen is na de crematies van de ouders, en of er bijzondere afspraken over deze bewaring zijn gemaakt tussen de broers onderling en in het bijzonder met zoon 2 als opdrachtgever van de crematie.
Als bijvoorbeeld de vader 8 jaar geleden is gecremeerd en de moeder 3 jaar geleden en zoon 4 al die jaren de asbussen in huis heeft gehad zonder dat zijn zeven broers en zussen ergens aanspraak op maakten, is het voor mij duidelijk dat zoon 4 op dit moment de volledige zeggenschap heeft.
Stel echter dat de vader 2 jaar geleden is overleden en dat moeder diens asbus thuis bewaarde en dat moeder een half jaar geleden is overleden en dat de kinderen onderling afspraken dat zoon 4 de asbussen onder zich zou nemen omdat het crematorium er vanaf wilde en extra kosten voor de bewaring in rekening wilde gaan brengen, dan hebben alle kinderen evenveel te zeggen.
Kortom: er zijn meer gegevens nodig om tot een oordeel of advies te komen.
Dan gaat het er om: hoeveel tijd is verstreken tussen de crematies en nu, wat voor afspraken zijn er in het verleden tussen wie gemaakt, wat waren de wensen van de ouders zelf, wat willen de verschillende kinderen en waarom?
In hoofdlijn kan ik ook nog zeggen dat als er kinderen zijn die de as willen verstrooien en er kinderen zijn die de as ergens willen bewaren, dat het bewaren voorrang heeft. Althans in de jurisprudentie is dat een duidelijke vaste lijn: bij meningsverschillen wordt de as bewaard, tenzij duidelijk is dat de overledene een verstrooiing wenste. De overweging van rechters bij bewaring is, dat dit nu aan een behoefte tegemoet komt, terwijl er later altijd nog verstrooiing plaats kan en zal vinden.
Met vriendelijke groet,
mr W.G.H.M. van der Putten
TIP
Laat nabestaanden niet onnodig zoeken. Registreer of u een uitvaartverzekering hebt op uitvaartverzekeringsregister.nl
Ook verstandig om in te vullen als u GEEN verzekering hebt.
TIP
Vergelijk offertes van uitvaartondernemers via de site Uitvaartmarkt.nl
TIP
Bezoek ook eens de video-adviesrubriek: Infotheek - reportages - kijkersvragen - juridische vragen en antwoorden (klik hier).
TIP
www.urnenwinkel.nl. De mooiste collectie urnen voor de beste prijs.