Opdrachtgeefster besluit niets inzake asbus overleden vader, kunnen wij een beslissing nemen
11 maart 2004
Vraag nummer: 2968 (oude nummer: 4112)
Geachte heer Van der Putten,
Onze vader is tegen zijn laatste wil in, gecremeerd na zijn overlijden door zijn tweede echtgenote ( de opdrachtgeefster ). Mevrouw heeft gedurende hun samenzijn het contact tussen ons (zijn drie kinderen) en onze vader verbroken. Zij wil niets met ons van doen hebben, vanwege het feit dat wij uit zijn eerste huwelijk zijn. Ze heeft onze vader gedreigd te verlaten als hij het contact zou continueren. Nu is onze vader overleden, en gecremeerd en mevrouw besluit niets over zijn as. Ze reageert niet op het schrijven van het crematorium. Nu heb ik van het crematorium begrepen dat de asbus in de algemene nis staat, alwaar geen bezoek mogelijk is. Als mevrouw volhardt in het ongewis laten wat er met de asbus moet gebeuren, dan blijft de asbus daar staan. Het crematorium zal de asbus 20 jaar bewaren. Nu willen wij (zijn kinderen) hem (ic. de asbus )graag geregeld bezoeken, omdat dat bij leven immers niet kon. Wat zijn voor ons de mogelijkheden om toch geregeld bij onze vader te zijn ? Onderling regelen zal niet mogelijk zijn, zij veracht ons tot in het diepst van haar wezen, dus wellicht moeten wij ons een andere weg bewandelen. Wat kunt u ons raden ?
Ik zie uit naar uw bericht.
met vriendelijke groet,
Antwoord:
Geachte mevrouw,
Ik heb in het kader van de privacy van deze gevoelige zaak de namen van uw broers en u weggehaald.
Het klinkt allemaal heel vervelend, maar het is uiteindelijk toch een eigen keuze van uw vader geweest om niet nadrukkelijk te regelen en vast te leggen (bijvoorbeeld in testament en codicil en één van de kinderen als execteur-testamentair of regelaar van de begrafenis te benoemen) dat hij begraven wilde worden en zich te conformeren aan de opvattingen van zijn tweede echtgenote. Misschien vond hij het niet belangrijk genoeg voor echtelijke twist. Uw vader heeft in ieder geval het risico genomen. Als hij écht anders had gewild, had hij dat kunnen regelen.
Wat u nu kunt doen of niet, is onduidelijk. Ook voor mij, moet ik zeggen.
Het probleem is dat de wetgeving rond het al dan niet vrijgeven van asbussen niet in dit soort situaties voorziet. Er is bij een wetswijziging in 1998 over de asbestemming in de toelichting van een kamerstuk wel iets gesteld over onmin tussen nabestaanden, maar wat daar is geschreven is onpraktisch, juridisch twijfelachtig en getuigt niet van inzicht in en doordenken over feitelijke situaties. Het was te haastige van-achter-het-bureau regelgeving. Dat heeft tot gevolg dat als er minnelijk geen oplossing mogelijk is, je bent aangewezen op een rechtszaak. Maar dat ligt emotioneel ook moeilijk en we hebben het dan over civiele procedures die duizenden euros kosten als advocaten toch niet in een voorstadium een andere oplossing bereiken (maar dat kost relatief ook nog veel geld).
In uw situatie hangt het er allereerst van af of het betreffende crematorium algemene voorwaarden of een verordening hanteert, waar in staat dat als de opdrachtgever van de crematie niet binnen een bepaalde termijn aangeeft wat er met de as moet gebeuren, de as wordt prijs gegeven en bijvoorbeeld de as kan worden verstrooid. Dat is een manier om dit soort impasses te doorbreken, maar slechts weinig crematoria hanteren dergelijke voorwaarden.
Als zij die voorwaarden hanteren, zijn ze vrij om na die periode, vaak een jaar, te doen wat ze willen. En dat kan inhouden dat men de asbus aan u afstaat.
Als men dit type voorwaarden niet heeft, dan is er geen grens aan de termijn waarop de opdrachtgever kan aangeven wat er met de as moet gebeuren. Wettelijk moet de houder van de asbus hem 20 jaar bewaren, alvorens de asbus mag worden geruimd (geopend en de inhoud verstrooien). Er is sprake van dat deze termijn in de toekomst wordt ingekort; dat is de afgelopen jaren door uitvaartorganisaties bepleit en de minister van Binnenlandse Zaken heeft al laten weten daar wel voor te voelen. Maar dat moet door wetswijziging. En hoewel er al 5 jaar een wetswijziging is aangekondigd, is er nog altijd geen voorstel openbaar gemaakt. Tussen het openbaar maken van voorstellen en de dag dat die voorstellen echt wet worden zitten vaak minstens 2 jaren, althans met dit type wetgeving, dus dat is voor u ook geen snelle oplossing.
Als u een goedkope oplossing wilt, moet u wachten tot 20 jaar na het overlijden van uw vader. Het crematorium kan dan de asbus ruimen. Maar als op dat moment er een belanghebbende is die belangstelling heeft voor behoud van de bus, dan mag het crematorium de asbus ter beschikking stellen. Mijns inziens is het sterker dan mogen: zelfs moeten. Maar dat staat zo niet in de wet; het juridische betoog waarom het tóch zo is zal ik u nu besparen, maar ga er maar van uit dat een crematorium een asbus dan aan een kind moet geven.
Als u een snellere oplossing wenst, dan moet u denken aan een rechtszaak. Eerst aan een advocaat die gaat dreigen met een rechtszaak, natuurlijk. Maar u moet dat eigenlijk alleen doen als u ook werkelijk bereid bent om het tot een rechtszaak te laten komen. Die zaak moet worden aangespannen tegen uw stiefmoeder, niet tegen het crematorium. Het crematorium is hierin geen partij, want dat mag niets beslissen. De opdrachtgever van de crematie, uw stiefmoeder, beslist. Wel moet in zon zaak ook het crematorium als derde er bij betrokken worden door haar te vragen gedurende de zaak de asbus niet uit handen te geven aan de stiefmoeder en zonodig formeel beslag op de bus te laten leggen. Dat is het werk van de advocaat. Een risico is anders namelijk dat uw stiefmoeder de asbus alsnog plotseling laat verdwijnen. Ik heb zoiets vorig jaar gehoord, waarbij een mevrouw de asbus van haar man heeft laten verdwijnen. Een zoon spande een rechtszaak aan, maar de rechter kon geen vonnis meer wijzen over de as omdat mevrouw onder ede verklaarde de as inmiddels verstrooid te hebben. Dit kon niet bewezen worden en was in het licht van de voorgeschiedenis ook heel onwaarschijnlijk, maar het tegendeel kon ook niet worden bewezen. En zo bleef de zoon letterlijk en figuurlijk met lege handen staan. Het is dus van belang dat de asbus bij een neutrale derde is en vooral ook blijft, gedurende de aanloop van een rechtszaak.
Wat uw kansen in een rechtszaak zijn, kan ik niet zeggen. Dat hangt helemaal van uw motieven af, wat u over uw vader vertelt en wat zijn tweede echtgenote naar voren brengt.
Een heel eenvoudige oplossing is er evenwel niet.
mr W.G.H.M. van der Putten