Moeten we as aan opdrachtgever of erfgenaam geven?
17 november 2014
Vraag nummer: 40625
Mijn vraag gaat over het ophalen van de as van een overledene. Normaliter zouden wij dat meegeven aan diegene die de opdracht heeft gegeven tot cremeren. Wat de opdrachtgever precies van de overledenen was weten wij niet precies.
Nu heeft de dochter zich gemeld en zij eist de urn met de as van haar overleden vader op. Rede van haar is dat er een zaak loopt tegen de aangever, en zij heeft een uittreksel van verwantschap en is dus erfgename.
Wat mijn vraag nu is, wat doe ik als manager van het crematorium, aan wie ga ik de as van de overledene meegeven met welk antwoord ?
Antwoord:
Geachte heer of mevrouw,
De as kan alleen worden afgegeven aan de opdrachtgever van de crematie. Tenzij die opdrachtgever iemand anders schriftelijk machtigt.
Wat de relatie is tussen de opdrachtgever en de overledene, is helemaal niet relevant.
Dat de dochter zich meldt en de asbus opeist, is iets dat u helemaal moet negeren. Nu ja, u kunt een net briefje schrijven dat volgens 1) de wet en 2) de overeenkomst tot crematie uitsluitend de opdrachtgever bevoegd is om over de asbus te beschikken. Alleen als zij met een onherroepelijke rechterlijke uitspraak daarover komt of wanneer de opdrachtgever de asbus aan haar afstaat, mag de asbus aan de dochter worden afgegeven.
Dat er tussen de dochter en de overledene verwantschap bestond, heeft hier ook geen betekenis. U neemt aan dat zij dan ook erfgenaam is, maar dat hoeft helemaal niet. Een kind kan onterfd zijn. Dat kun je aan een uittreksel van de burgerlijke stand niet zien. Een erfgenaam is alleen erfgenaam indien hij of zij een verklaring van erfrecht van een notaris kan overleggen. En dan moet er nog uit blijken dat hij of zij de enige erfgenaam is, anders zijn alle andere erfgenamen ook personen met aanspraken.
Maar het wel of geen erfgenaam zijn doet er helemaal niet toe. Volgens artikel 18 lid 1 en lid 2 is de persoon die in de lijkbezorging voorziet - de opdrachtgever - ook de persoon die de bestemming mag geven aan de as. Dat betekent: beslissen over wat de crematoriumhouder moet doen: bijvoorbeeld ter bijzetting sturen naar het buitenland of naar een begraafplaats, of het afgeven van de asbus aan hemzelf. Er staat niet in artikel 18 dat een of meer erfgenamen over de as mogen beschikken.
Dat er een rechtszaak loopt tegen de opdrachtgever, betekent nu natuurlijk ook nog niets. Pas als een rechter in die rechtszaak besluit dat de dochter de asbus mag krijgen, en pas nadat dat vonnis onherroepelijk is geworden, heeft de dochter recht op de asbus.
Mijn antwoord aan de dochter zou zijn: "Volgens artikel 18 Wlb mag niet een erfgenaam maar de opdrachtgever van de crematie over de asbus beschikken. Pas als u een onherroepelijk rechterlijk vonnis hebt waar in staat dat u de asbus mag hebben in plaats van de opdrachtgever, mogen wij u de asbus geven." U kunt dat zelf vast nog wel wat vriendelijker opschrijven.
Met vriendelijke groet,
mr W.G.H.M. van der Putten
TIP
Vergelijk offertes van uitvaartondernemers via de nieuwe site Uitvaartmarkt.nl
TIP
Bezoek ook eens de video-adviesrubriek: Infotheek - reportages - kijkersvragen - juridische vragen en antwoorden (klik hier).
Bijvoorbeeld: zijn kinderen verplicht om de uitvaart van ouders te betalen?
TIP
www.urnenwinkel.nl. De mooiste collectie urnen voor de beste prijs.