Asbestemming moeder (kinderen 2e huwelijk versus kinderen 1e huwelijk)
12 november 2003
Vraag nummer: 2640 (oude nummer: 3374)
Onze moeder is twee keer getrouwd met uit beide huwelijken kinderen. Ze is vrij plotseling overleden waarna de kinderen uit haar tweede huwelijk (woonden naast haar) de crematie hebben geregeld zonder ons (kinderen 1e huwelijk) in te lichten. Pas vlak voor de crematie kregen wij bericht van datum en tijd. Zonder verder overleg hebben zij nu ook de as bij het crematorium opgehaald (kan blijkbaar omdat ze opdrachtgever waren). Maar hebben zij meer recht op haar as en haar rouwverwerking dan wij? Hoewel zij opdrachtgever waren van de crematie (Yarden heeft betaald) kan ik mij niet voorstellen dat zij geen enkele verplichting zouden hebben t.a.v. de andere kinderen. Of is Yarden al in gebreke gebleven door niet te controleren of de opdrachtgever namens alle kinderen handelden?
Er stond hierover niets in een testament of papier. De verhouding met onze moeder was altijd uitstekend.
Antwoord:
Geachte heer,
Geen van de kinderen heeft meer of minder rechten dan andere kinderen. Zowel niet die uit het eerste of het tweede huwelijk ten opzichte van elkaar (halfzussen en/of halfbroers), als die van dezelfde vader (zussen en/of broers) onderling.
De wetgever regelt slechts dat de opdrachtgever van de crematie het verder voor het zeggen heeft, om te voorkomen dat er patstellingen ontstaan. Wie de opdrachtgever is, is soms een kwestie van toeval, maar dat verandert er niets aan.
De opdrachtgever van een crematie heeft niet de juridische plicht om namens alle kinderen te handelen. Er is alleen de wettelijke plicht om de wens van de overledene te volgen. En als een of meer kinderen het niet eens zijn met de keuze van een opdrachtgever-ander-kind mag het volgens de wet niet gaan om hun eigen mening, maar alleen om de wens van de overledene.
Een uitvaartondernemer, zoals in dit geval Yarden, heeft niet de taak, de plicht of de bevoegdheid om na te gaan of alle kinderen het er mee eens zijn. In veel gevallen zou dat trouwens ook onbegonnen werk zijn. In deze rubriek bulkt het van de vragen van kinderen die het ergens niet mee eens zijn, soms om heel goede redenen, soms wellicht op minder goede gronden. Maar daar kan een uitvaartondernemer niets mee. Ik schat in dat als een uitvaartondernemer dat zou moeten onderzoeken en er rekening mee zou moeten houden, dat in honderden gevallen per jaar de overledene na een paar maanden nóg niet begraven of gecremeerd is. Want er zijn weinig kwesties waarbij gevoeligheden, oud zeer en wat al niet meer, zó naar boven komen als rond een overlijden en de uitvaart.
Dat uw moeder verzekerd was en dat de verzekering (Yarden) de crematie betaalt, doet er niet toe. Er is dan toch altijd iemand opdrachtgever. De verzekering beslist niet in welk crematorium gecremeerd wordt, of en waar een condoleance wordt gehouden, wie uitgenodigd wordt, wat de asbestemming is, etc.
Naast wettelijke rechten en plichten zijn er natuurlijk ook morele plichten. Het is logisch en normaal dat men na een overlijden direct met álle (half)broers en -zussen overlegt en samen een keuze maakt die zoveel mogelijk recht doet aan de wensen van de overleden én van alle directe nabestaanden. Maar morele plichten zijn vaak een kwestie van redelijkheid en fatsoen en niet juridisch afdwingbaar. En dat is in dit geval ook zo.
mr W.G.H.M. van der Putten