Overschrijven grafrechten (verkeerde termijn in brief aan erfgenamen) 2
25 maart 2020
Vraag nummer: 60358
Op aanvulling van onze eerste vraag en uw antwoord (vraagnummer 60153) het volgende: In december 2010 heeft onze raad de beheers verordening gemeentelijke begraafplaatsen Xxxxxxxxx vastgesteld. Dit is de huidige verordening.
In deze verordening is opgenomen:
Artikel 22 Intrekking oude regeling.
De beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Xxxxxxxxxxx wordt ingetrokken.
Artikel 23 Overgangsbepaling,
1. Besluiten van het college die opgenomen zijn krachtens de beheers verordening gemeentelijke begraafplaatsen 2008 gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.
De eerste rechthebbende W op een graf komt te overlijden.
In 2009 heeft de gemeente een besluit genomen waarin een grafrecht wordt overgeschreven op een andere rechthebbende X. In dat besluit staat dat: als de rechthebbende op het grafrecht komt te overlijden de erfgenamen binnen 2 jaar na overlijden van de rechthebbende schriftelijk om overschrijving kunnen verzoeken.
Verzoeken om overschrijving kunnen door de burgemeester en wethouders worden afgewezen.
Begin 2019 overlijdt deze rechthebbende X. In de huidige verordening en de bijbehorende uitvoeringsvoorschriften is geregeld dat na het overlijden van de rechthebbende het grafrecht kan worden overgeschreven op naam van een ander indien de aanvraag wordt gedaan binnen 6 maanden na het overlijden van de rechthebbende.
Wat geldt nu: de 2 jaar zoals genoemd in het besluit uit 2009 of de 6 maanden uit de huidige verordening/uitvoeringsvoorschriften?
Onze vraag is naar aanleiding van de volgende casus:
X en Y zijn kinderen van W. Z is een kind van X.
Erfgenaam Y van de eerste rechthebbende W op het graf doet een verzoek tot overschrijving van het grafrecht en 11 maanden na overlijden van de rechthebbende X een toewijzend besluit krijgt van de gemeente. Hierbij is het bepaalde uit de verordening/uitvoeringsvoorschriften gevolgd, dus de termijn van 6 maanden aangehouden.
13 maanden na overlijden van de rechthebbende X doet erfgenaam Z, kind van X, een verzoek tot overschrijving van het grafrecht en beroept zich op het besluit van 2009, waarin een termijn van 2 jaar is genoemd.
Aan wie komt nu het grafrecht toe?
Met vriendelijke groet,
gemeente Xxxxxxxxxx.
Antwoord:
Geachte mevrouw,
Deze aanvulling bevestigt weer eens wat ik regelmatig zeg en schrijf: je kunt pas een goed advies geven als je het hele document kunt lezen.
In uw vraag van 26 februari 2020 had ik de indruk dat de brief die u bedoelde een expliciet bericht aan een rechthebbende was, dat afweek van de verordening. Bijvoorbeeld omdat voor dit soort berichten een standaard-tekst was gebruikt, die al vele jaren werd gebruikt en die niet was aangepast na een wijziging van de verordening.
Dan worden in zo’n brief verwachtingen gewekt waarover je kunt discussiëren, maar er worden wel verwachtingen gewekt. Je kunt er dan moeilijk over doen, maar als je gewoon twee jaar wacht met het nemen van een besluit om het grafrecht vervallen te verklaren, is de kwestie opgelost. Haast zal zoiets in de regel niet hebben.
Maar nu verandert de achtergrond van uw vraag en de brief. Nu begrijp ik dat in 2009 in een brief
1) een grafrecht is overgeschreven en
2) dat in die brief tevens is medegedeeld dat als het recht in de toekomst nog eens overgeschreven moet worden, erfgenamen rekening moeten houden met een termijn van 2 jaar.
Maar dat laatste zie ik niet als een expliciet besluit, maar als een informatieve mededeling bij het eigenlijke besluit (de overschrijving van het graf op naam van een nieuwe rechthebbende), over de toen geldende regelgeving van de verordening. Dat is geen garantie dat die regels nooit zullen en kunnen veranderen. Een jaar later zijn de regels over overschrijving ook veranderd. Maar eigenlijk kan ik het pas definitief zeggen als ik de hele tekst van de hele brief heb kunnen lezen.
Juridisch is het zo dat zodra er in een nieuwe verordening een termijn van 6 maanden staat, dat de geldige termijn is. Als die termijn in de toekomst ooit zou veranderen in bijvoorbeeld 9 maanden, dan geldt vanaf dat moment 9 maanden. Dit soort bepalingen over termijnen verandert gewoon telkens mee met de verordening. Men kan zich niet beroepen op andere termijnen in eerdere verordeningen (en mededelingen daarover in oude brieven).
Het is voor medewerkers van begraafplaatsen soms niet duidelijk wat voor bepalingen in oude verordeningen nog wel blijven gelden en welke niet.
De bepalingen die nog wel blijven gelden, zijn de regels die onderdeel uitmaken van de kern van het grafrecht. Als een graf ooit voor 4 kisten is uitgegeven en in een nieuwe verordening staat dat in graf hooguit 3 kisten mogen staan, dan geldt voor een oud graf toch die 4 kisten. Als op een oud graf het recht rustte om het te mogen schudden, dan blijft dat recht voor dat oude graf behouden, zolang het lopende grafrecht nog doorloopt. Als ooit vergunning is gegeven voor een grafmonument van 120 cm hoogte en in de verordening wordt de hoogte later 100 cm, dan geldt 120 cm.
Pas als het lopende grafrecht geëindigd is en een nieuw recht moet worden gevestigd, geldt dat oude recht niet meer. Dan mag een nieuw grafmonument maximaal 100 cm hoog zijn en mogen er maximaal 3 kisten in het graf. Dan gelden de voorwaarden van de verordening die geldt op het moment van vestiging van het nieuwe recht.
De termijn waarbinnen een overschrijving van het grafrecht mogelijk is, raakt niet de kern van het recht. Dat kan veranderen. Het is trouwens niet zo dat na die termijn van 6 maanden per definitie geen overschrijving meer mogelijk is. Het is alleen zo dat het grafrecht vervallen kan worden verklaard, wat binnen 6 maanden niet kan.
Ik begrijp uw opmerking niet dat 11 maanden na overlijden van de rechthebbende diens opvolger Y een toewijzend besluit krijgt van de gemeente en dat daarbij DUS termijn van 6 maanden is aangehouden. Heeft het dan ruim 5 maanden geduurd voordat de beschikking is afgegeven?
Maar de lengte van de termijn is eigenlijk voor uw probleem niet relevant. Y is degene die het grafrecht heeft gekregen. Dat is het bepalende rechtsfeit.
Als later Z een verzoek tot overschrijving doet, is die gewoon te laat. Het recht is al aan iemand anders gegeven. Het is niet zo dat als in de verordening een termijn van 6 maanden of van 2 jaar staat, een gemeenten 6 maanden of 2 jaar moet wachten om eerst te inventariseren wie allemaal het recht heeft gevraagd, om daar dan een persoon uit te kiezen. Het werkt simpelweg zo, dat als de eerste die het recht vraagt, het recht krijgt, iemand die later is, gewoon te laat is. Ook wanneer de aanvraag van de eerste persoon binnen is maar nog niet afgehandeld is, is de tweede persoon te laat. Wie het eerst komt, het eerst maalt. Alleen in bijzondere situaties, als Z genoemd staat in het testament van X als de nieuwe rechthebbende, kan hij voorrang krijgen. Maar ook iemand met voorrang moet zich snel melden. Want als het grafrecht vergeven is, is het weg.
Als Z meent dat hij meer recht heeft dan Y, kan hij een rechtszaak tegen Y aanspannen.
Het is niet zo dat een kind per definitie meer aanspraak heeft dan een kleinkind of een oom of een broer of een ander familielid.
Zie ook de vele vergelijkbare vragen over meerdere nabestaanden die het grafrecht vragen in de subrubriek 'Graf overschrijven'. En vergelijkbare vragen in de subrubriek 'Vragen van beheerders van een gemeentelijke begraafplaats en de subrubriek 'Verordening / reglement'.
Met vriendelijke groet,
mr W.G.H.M. van der Putten
TIP
Laat nabestaanden niet onnodig zoeken naar oude polissen. Registreer of u een uitvaartverzekering hebt op Uitvaartverzekeringsregister.nl
Ook verstandig om in te vullen als u GEEN verzekering hebt.
TIP
Vergelijk snel en eenvoudig offertes van uitvaartondernemers via de site Uitvaartoffertes.nl
TIP
Bezoek ook eens de video-adviesrubriek: Infotheek - reportages - kijkersvragen - juridische vragen en antwoorden (klik hier).
Zoals: Wie is verantwoordelijk voor de kosten van de uitvaart?
TIP
Melden van overlijden. Landelijk gratis meldnummer overlijden: 0800-783 73 43.
TIP
Regel hier uw begrafenis of crematie.