Wettelijke grondslag geldigheid oude verordening
10 april 2007
Vraag nummer: 4749 (oude nummer: 9150)
Geachte heer van der Putten,
U heeft het in uw antwoorden vaak over de beheersverordening die geldig was ten tijde van het uitgeven van het grafrecht. De bepalingen die in deze beheersverordening zijn opgenomen zijn volgens u geldend voor het grafrecht. Mijn vraag aan u is: Wat is hiervoor de wettelijke grondslag? Staat het in de wet, of is het opgenomen in jurisprudentie? Ik kan daar namelijk nergens een wettelijke grondslag voor vinden.
Met vriendelijke groeten,
Mevrouw Troost
Antwoord:
Geachte mevrouw,
Niet alles staat altijd letterlijk in een wet. Het volgt uit de aard van het recht, in dit geval het grafrecht.
Er is een wettelijke grondslag in de zin dat het hoort bij de aard van het zakelijke karakter van het grafrecht.
Het grafrecht is een zakelijk recht van een eigen aard. Het enige buiten het Burgerlijk Wetboek voorkomende zakelijke recht. Dat dat zo is, is het oordeel van vele bekende en gezaghebbende juristen, die dat in commentaren op wetboeken en rechten geschreven hebben. Zoals in de gezaghebbende Asser-reeks. En zoals ik heb aangegeven in mijn boek 'Begraving', editie 2007, SDU uitgevers, ISDN 90 12 11 909 X.
Het is een kwestie die in jurisprudentie slechts zelden en indrect aan bod komt. Waarom? Omdat er nooit rechtszaken over de juridische aard van grafrechten zijn. Dat is nooit een doel of inzet van een rechtszaak. Het komt slechts zijdelings, heel erg soms aan bod. Dat was begin vorig jaar bijvoorbeeld het geval in een vonnis van de rechtbank 's-Hertogenbosch over de vraag of een rechthebbende op een graf kon vragen of dit een monument in de zin van de Monumentenwet kon worden. Dan komt éven het zakelijke karakter van het grafrecht aan bod. Helaas worden dergelijke vonnissen en uitspraken en arresten niet altijd gepubliceerd en zijn ze (dus) erg lastig te vinden. De meeste jurisprudentie over lijkbezorging en grafrechten is opgenomen in het Thematisch handboek lijkbezorging, SDU uitgevers, http://www.sdu.nl/catalogus/Sociaal/L07HW.jsp .
Het zakelijke karakter van het grafrecht zorgt er voor dat de rechten en plichten die op de zaak rusten op het moment van het aangaan van het recht, in beginsel zo blijven. Men kan een overeenkomst of een recht niet eenzijdig veranderen. Dat geldt overigens natuurlijk voor de meeste rechten. Als ik een huis huur voor tien jaar, mag de huisbaas niet na 2 jaar 'zo maar' de huur verdubbelen. Of na 4 jaar de huur stopzetten. Of er na 6 jaar een andere bewoner bij in stoppen. Als het om andere voorbeelden gaat, begrijp iedereen dat. Maar als het om graven gaat, dan schijnen sommige mensen te denken dat je alles opeens kunt veranderen. Dat is in in ogen een vreemde gedachte.
Bij gemeenten is vaak een valkuil, dat men gewend is om in verordeningen nieuwe regels vast te stellen. Maar een graf is een bestaand iets, een bestaand zakelijk recht. Je kunt niet zomaar met een nieuwe verordening van alles veranderen. Ik pak maar weer het voorbeeld van het gehuurde huis. Ik huur het weer tien jaar en nu huur ik het van de gemeente. Mag de gemeente na 2 jaar de spelregels veranderen en zeggen "Je huurde eerst een 4-kamer flat maar ons beleid is nu anders en we maken er maar 2 kamers van en je moet er 3 afstaan?". Of "Bij nader inzien maken we van 10 jaar 6 jaar". Wat denkt u? Ik denk dat niemand dat accepteert en ook iedereen snapt dat dat niet kan. "Maar we hadden toch een afspraak", zal het weerwoord zijn. Ja precies, en zo was en is het bij graven met een zakelijk recht ook. De oude afspraken blijven gelden. Want de afspraak rust op de zaak (daarom heet het zakelijk recht) en of de partijen andere ideeën krijgen, doet er niet toe. Tenzij beide partijen samen iets anders overeen komen, maar dat is een andere kwestie.
Met vriendelijke groet,
mr W.G.H.M. van der Putten