Reserveren van een graf te Axxxxxx
2 december 2002
Vraag nummer: 1841 (oude nummer: 2213)
Mon, 2 Dec 2002 16:44:
Geachte heer,
Een meneer O uit S heeft een verzoek ingediend bij het college van Burgemeester en wethouders van onze gemeente om een graf te mogen reserveren op de gedeeltelijk geruimde en heringerichte begraafplaats in Axxxxxx. Ik heb hem gezegd dat het college geen graven reserveert. We geven graven uit in volgorde, als iemand overlijdt.
Echter, de beheersverordening kent een artikel dat de mogelijkheid biedt IN ZEER BIJZONDERE GEVALLEN een eigen graf toe te wijzen anders dan voor directe begraving en buiten de volgorde van uitgifte. De heer O vindt het zeer bijzonder dat zijn ouders, grootouders, overgrootouders, betovergrootouders op de begraafplaats aldaar begraven zijn. Hij vindt dit een stukje cultuur-historisch erfgoed van Axxxxxx.
De heer O is nog maar 50 jaar oud en kan nog wel 50 jaar leven. Ik voel er weinig om B&W voor te stellen medewerking te verlenen aan het verzoek. Is vier of vijf generaties een 'zeer bijzonder geval'? Ik kan echter weinig argumenten verzinnen om het verzoek te weigeren.
Kunt u mij hierover adviseren?
Is het haalbaar om te weigeren? Kent u misschien vergelijkbare gevallen?
Waar kan ik hier iets over lezen?
Met vriendelijke groet,
Antwoord:
Geachte mevrouw,
Wat is er op tegen om een graf uit te geven? Ik zou zeggen 'Kassa!' voor de gemeente.
De regeling dat graven alleen voor directe begraving worden uitgegeven, komt uit de model-verordening van de VNG en is vooral bedoeld om te kunnen sturen, voor het geval de gemeentelijke begraafplaats weinig ruimte heeft, of om de graven (die soms kunstmatig laag gehouden tarieven kennen) voor inwoners van de eigen gemeente te reserveren (en niet bijvoorbeeld inwoners van een naburige 'dure' gemeente te lokken).
Maar als u geen ruimtegebrek hebt en dit soort vragen blijkbaar sporadisch voorkomt, zie ik geen probleem.
U geeft zelf al aan dat u weinig argumenten weet om het verzoek te weigeren.
Ik zou het college van B&W adviseren om het verzoek in
te willigen, zowel om tegemoet te komen aan een persoonlijke wens van iemand die zich blijkbaar toch met Axxxxxx verbonden voelt, ook al woont hij in S, als om gewoon wat geld binnen te krijgen. Begraafplaatsbeheer is toch al een acitviteit die de gemiddelde gemeente veel geld kost. Alle inkomsten lijken mij welkom.
Ik heb deze kwestie ook besproken met de heer ing. W. Zaalberg, bedrijfsconsulent van de Landelijke Organisatie van Begraafplaatsen. Hij merkte nog het volgende op (wat ik met zijn toestemming uit zijn e-mail citeer):
> Veel begraafplaatsen hebben in hun verordening of reglement een bepaling opgenomen dat uitsluitend kan worden begraven in volgorde van uitgifte.
Deze bepalingen zijn gemaakt om te voorkomen dat op een begraafplaats waar relatief nog veel ruimte is her en der verspreid graven worden uitgegeven terwijl dan grote stukken nog ongebruikt blijven liggen. Het nadeel daarvan
is ondermeer dat dan geen definitieve paden en tussenliggend groen kan worden aangebracht, waardoor grote delen van de begrafplaats een rommelig aanzien krijgen.
Een dergelijk bepaling heeft ook te maken met de Wet op de lijkbezorging zoals die voor 1991 van kracht was.
Veel begraafplaatsen gaven toen graven uit voor een periode van bijvoorbeeld dertig jaar met de mogelijkheid het uitsluitend recht voor maximaal twee maal met 10 jaar te verlengen. Het voordeel daarvan was dat men na verloop
van circa 60 jaar de gehele grafakker collectief kon ruimen en de akker geheel opnieuw kon worden ingerichten. Door de wetswijziging kunnen rechthebbenden sinds 1991 echter - steeds opnieuw - een graf verlengen met een termijn van maximaal 10 jaar. Het gevolg daarvan is dat men op een gegeven ogenblik geen geheel nieuwe graven meer kan uitggeven en steeds gaatjes moet gaan opvullen en waardoor op den duur geen sprake meer is van begraven in volgorde.
De bepaling dat graven uitsluitend graven worden uitgegeven voor directe begravingen zie je vaak bij begraafplaatsen met betrekkelijk weinig ruimte.
Bij dergelijke begraafplaatsen is het niet denkbeeldig dat er indien veel graven zijn gereserveerd die jaren lang onbenut blijven of op termijn zelfs helemaal in de vergetelheid raken bij de rechthebbenden men daardoor in ruimte problemen komt als er daadwerkelijk overledenen moeten worden
begraven.
Als er geen sprake is van capaciteitsproblemen zie ik geen enkel bezwaar om een graf te reserveren. In tegendeel ik zie juist voordelen. Immers als een graf wordt uitgeven dan zal de termijn gaan lopen.
Als na verloop van bijvoorbeeld 20 jaar er nog steeds niet in dat graf is begraven zal het recht vervolgens moeten worden verlengd. Kortom men vangt geld voor een stukje grond dan anders waarschijnlijk braak had gelegen.
In tijden dat steeds meer begraafplaatsen zich als taak stellen dat er een kostendekkende begroting dient te zijn dit soort extra inkomsten meer dan welkom.
Voorts wijs ik er nog op dat zo'n bepaling over directe begraving ook is voortgekomen uit het feit dat in het verleden nog als eens voorkwam dat begrafenisondernemers grote aantallen graven kochten op begraafplaatsen waar
weinig ruimte was. Het schijnt zelfs wel eens voor gekomen te zijn dat ondernemers uit concurentie-overwegingen zoveel graven opkochten, dat collega's op zo'n begraafplaats niet meer aan de bak kwamen. Vaak waren de tarieven ook erg laag waardoor die ondernemers de schaarse plekjes met
hoge winst konden verkopen.
Van handel in graven is in het onderhavige geval geen sprake handel. Steeds meer gemeenten geven tegenwoordig voorlichtingsbrochures uit om hun burgers na te laten denken over hun eens onvermijdelijke dood en de mogelijkheden van begraven en cremeren, met het advies hun zaken tijdig te regelen. De persoon in kwestie doet dat nu dus kennelijk om te voorkomen dat zijn kinderen zich later voor de vraag zullen zien gesteld: "Hoe zou pa of ma het gehad willen hebben?" U gaat tegen de maatschappelijke trend in, als u de uitgifte zou weigeren. <
Tot slot nog een laatste opmerking (van mijzelf). Soms speelt bij het niet willen reserveren van een graf bij gemeenten of kerkelijke begraafplaatsen mee, dat men geen kale open plek tussen andere graven wil. Nu is dat iets dat op langere termijn op begraafplaatsen onvermijdelijk is, gelet op het feit dat sommige rechthebbenden de grafrechten verlengen en anderen niet, en dat men stenen van graven die verlopen zijn moet weghalen, omdat men er als begraafplaats anders verantwoordelijk voor wordt. Maar er is geen enkel bezwaar tegen om bij de uitgifte van een graf de verplichting te stellen, dat men binnen een jaar na uitgifte een grafbedekking moet plaatsen of grafbeplanting moet aanbrengen. Die verplichting moet dan natuurlijk wel in de beheersverordening of het reglement staan. Het is bij veel begraafplaatsen in grote steden een veel voorkomende regel (want daar wordt ook vaak gereserveerd).
En nog een allerlaatste opmerking voor alle duidelijkheid: bij de uitgifte kan een graf kan natuurlijk het gewone tarief aan grafrechten en onderhoudsbijdragen worden gevraagd. Dat staat helemaal los van de vraag of er spoedig begraven wordt of niet.
mr W.G.H.M. van der Putten
3 december 2002