Leges verwijderen grafsteen (verordening lijkbezorgingsrechten)
6 juli 2008
Vraag nummer: 5550 (oude nummer: 11016)
Geachte heer, mevrouw,
Ik zelf werk in de gemeente ABC en heb een gemeentelijke begraafplaats in beheer. Deze begraafplaats is nog niet zo oud en dit jaar hebben wij voor het eerst nabestaanden aangeschreven voor verlengen van grafrechten.
Hierbij kregen de nabestaanden ook de keus om NIET te verlengen en daarbij de grafsteen te laten verwijderen tegen betaling van 120,--.
Nu komt een van de nabestaanden met een uitspraak van de Hoge Raad uit 2002 dat de grafsteen door natrekking vervalt aan de eigenaar van de grond, in dit geval de gemeente.
Hij stelt zich op het standpunt dat de grafsteen niet meer van hem is, dus waarom zou hij betalen voor het opruimen daarvan.
Is dit werkelijk zo of kan de gemeente toch leges heffen voor verwijdering. Het is maar hoe je de uitspraak van de Hoge Raad op dit punt interpreteert.
Zou u hierop een antwoord weten?
met vriendelijke groeten,
XX
afdeling Publiekszaken
gemeente ABC
Antwoord:
Geachte mevrouw,
Ik verbaas mij over uw vraag. Op grond van wat zouden rechthebbenden verplicht zijn om de grafsteen te laten verwijderen tegen betaling van EUR 120,-.? Ik zou het niet weten. In uw Verordening lijkbezorgingsrechten is geen tarief opgenomen, dus er is helemaal geen grondslag.
Ook als er wel een tarief in de Verordening lijkbezorgingsrechten zou worden opgenomen, meen ik dat er geen rechtsgrond is. Ik denk dat als (voormalige) rechthebbenden (na bezwaar wat u eerst als gemeente afwijst) in beroep gaan bij de belastingrechter, dat deze de aanslag zal vernietigen. Ik kan er diverse redenen voor bedenken. Eén er van is dat het niet gaat om een dienst als bedoeld in de artikelen 2 en 3 van de Verordening lijkbezorgingsrechten.
Deze artikelen luiden als volgt:
Artikel 2 Belastbaar feit
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.
Artikel 3 Belastingplicht
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel te behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Zolang er rechten op een grafrusten, heeft een rechthebbende het recht om op dat graf een steen of ander gedenkteken te plaatsen en geplaatst te houden. Dat recht vervalt, zodra het grafrecht vervallen is omdat het recht na de lopende termijn niet verlengd is. Maar als de rechten verlopen zijn, is de rechthebbende geen rechthebbende meer en geen persoon op wiens aanvraag dan wel te behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt. Het is niet ten behoeve van de voormalige rechthebbende dat de gemeente een steen verwijdert. Die vraagt er niet om.
Nu is het denkbaar dat je in de beheersverordening de plicht opneemt voor rechthebbenden om aan het einde van de looptijd de steen te verwijderen, voor eigen kosten of door de gemeente op diens kosten. Maar een dergelijke plicht kun je mijns inziens niet opleggen voor bestaande situaties. Grafrechten zijn civiele rechten, bijzondere zakelijke gebruiksrechten van een eigen aard. Je kunt niet in de lopende rechten een dergelijke nieuwe verplichting opleggen, alleen voor nieuwe situaties of voor de gevallen waarin de rechten verlengd worden op de voet van de nieuwe verordening.
De nabestaanden die bij u protesteert door te verwijzen naar een arrest van de Hoge Raad uit 2002 dat de grafsteen door natrekking vervalt aan de eigenaar van de grond, in dit geval de gemeente, heeft een beetje gelijk. Niet helemaal op de manier waarop hij of zij het waarschijnlijk bedoelt. Want natrekking heeft niets te maken met de vraag of er wel of geen belastingplicht is. Maar wel het simpele feite dat hij geen rechthebbende of eigenaar of belastingplichtige is na het vervallen van het grafrecht.
In het voorstel van wet tot wijziging van de Wet op de lijkbezorging dat begin september 2008 door de Tweede Kamer wordt behandeld zullen de effecten van het arrest van de Hoge Raad uit 2002 voor een groot deel teniet gedaan worden. De Tweede Kamer zal waarschijnlijk instemmen met het wetsvoorstel om voor gedenktekens op graven een uitzondering te maken op de natrekkingsregel uit het Burgerlijk Wetboek. De rechthebbende is dan eigenaar van de grafsteen. Maar alleen zolang er grafrechten zijn. Dat maakt op zich geen verschil voor de vraag of er wel of geen belastingplicht is.
Met vriendelijke groet,
mr W.G.H.M. van der Putten
-----
Naschrift
Zie voor de actuele situatie (in 2011) ook: Van wie is de grafsteen?