Impliciet verzoek (overschrijving) grafrecht
24 april 2006
Vraag nummer: 4400 (oude nummer: 7916)
Geachte Heer Van der Putten,
Bij ons speelt het volgende. Moeder is gestorven en het grafrecht komt op naam van vader. Vader sterft daarna. De akte grafrecht wordt niet gewijzigd en de erven betalen gezamenlijk de rekening. Een der erven vraagt (al dan niet via de begrafenisondernemer) tot bijzetting van de asurn van vader op het graf van moeder. Er wordt verder geen besluit genomen over grafrechten noch gevraagd dit besluit te nemen. Een der erven (zus) verzoekt voorts aan de gemeente (toen zij er 2 jaar later achter kwam dat er geen akte grafrechten op naam is) het grafrecht op haar naam te stellen. De gemeente ontvangt het verzoek, neemt ondertussen contact op met degene die destijds om bijzetting vroeg (broer), wijst vervolgens het verzoek van de zus af en kent het grafrecht toe aan broer, met het argument dat:
- het urnbijzettingsverzoek tevens beschouwd werd danwel mocht worden als overschrijvingserzoek van het grafrecht;
- omdat broer al vanwege dit bijzettingsverzoek als rechtshebbende was geregistreerd is echter verzuimd een wijzigingsbesluit op te stellen
- en tenslotte dat, omdat de wet op de lijkbezorging geen termijn zou noemen, mag de gemeente steeds alsnog dat wijzigingsbesluit nemen, dus ook na verzoek van zus.
Kan dit ?
Antwoord:
Geachte heer of mevrouw,
Een typisch voorbeeld van halfslachtig werk, maar van alle partijen. Helaas komt het vaak voor.
Zeer waarschijnlijk staat in de beheersverordening van de gemeente dat binnen een jaar na het overlijden van de rechthebbende (vader) het grafrecht moet worden overgeschreven. Dat staat althans in een landelijk model (van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG)) die veel gemeenten hebben overgenomen. Dat is geen slimme regeling. Verstandiger is het om in een verordening te zetten dat het grafrecht moet zijn overgeschreven vóórdat in een graf wordt begraven. Ook op zo'n korte termijn als die paar dagen voor de begrafenis van de rechthebbende. Dat biedt aan alle partijen zekerheid. Voor de gemeente dat er iemand is die kan besluiten dat in dat graf begraven kan worden, dat die iemand ook garant staat voor de kosten (want wie is anders verplicht om de kosten van de begrafenis te betalen?). En voor de nabestaanden om samen te kiezen wie het graf krijgt. Normaal is immers dat de kinderen na het overlijden samen de uitvaart bespreken en dan kan de uitvaartleider ook meteen de vraag stellen op wiens naam het graf moet komen.
En van de kant van de familie is het niet slim om dit open te laten. Formeel is men gebonden aan de beheersverordening, onder het motto "Eenieder wordt geacht de wet te kennen". Maar ook los van het formele kan men begrijpen dat er iets met de tenaamstelling een graf moet gebeuren, omdat er een soort contactpersoon moet zijn.
De gemeente had het verzoek om bijzetting van de asbus niet mogen accepteren, zonder dat er eerst of tegelijk het verzoek om overschrijving zou liggen. Achteraf, nu er een ander verzoek om overschrijving is gedaan, is het wel makkelijk om te zeggen dat men het verzoek om bijzetting als een verzoek om overschrijving beschouwt. Dat is nu alleen om de zaak goed te praten, zo voelt het toch. Niet overgeschreven is gewoon niet overgeschreven, dat is een feit. Als het gaat om iets wat zich een week of maand geleden afgespeeld heeft, kun je zeggen dat men het nog aan het afwerken is. Maar als er 2 jaar tussen zit, niet.
Ik meen dat in dit geval de zus terecht de rechten vraagt en als eerste aanvrager behoort te krijgen. Dat is alleen anders als de gemeente kan bewijzen dat de broer destijds als eerste zo'n verzoek heeft ingediend, dan wel dat de broer in de administratie van de gemeente ook echt als rechthebbende is geadministreerd. Alhoewel, dat is geen formeel rechtsgeldig besluit, geen beschikking of besluit. Daarom is een nieuwe grafakte of ander schriftelijk overschrijvingsbesluit van belang: er moet een besluit zijn waar ook derden-belanghebbenden bezwaar tegen moeten kunnen maken. Nu is dat er niet.
Het nemen van een wijzigingsbesluit, zoals u dat noemt, heeft niets te maken met de Wet op de lijkbezorging. Het is een regeling in de beheersverordening. Vaak staat er dus in dat binnen een jaar moet zijn overgeschreven. Maar soms ook dat de grafrechten vervallen als dat niet binnen die termijn gebeurt. Het kán zo zijn dat de rechten formeel vervallen zijn. Dan kan ook de gemeente niets meer overschrijven; wat er niet meer is, kun je niet meer geven. Maar wel kan het graf opnieuw worden uitgegeven. Dat klinkt allemaal pietluttig, maar maakt wel verschil. De zus kan nu geacht orden om (her)uitgifte van het graf te vragen en de actie van 2 jaar geleden van de broer niet (meer). Men moet dus de beheersverordening goed bestuderen om te kijken wat er moest gebeuren en nog kan gebeuren ter zake van een overschrijving.
Als het verzoek van de zus wordt afgewezen, kan zij binnen 6 weken op grond van de Algemene wet bestuursrecht een bezwaarschrift indienen. Simpelweg kan zij stellen dat zij de eerste aanvrager is en dat er geen formeel besluit is waarbij de rechten rechtsgeldig aan een ander zijn toegewezen.
Niet geschoten is altijd mis, dus ik zou er een bezwarenprocedure aan wijden, als ik de zus was.
Met vriendelijke groet,
mr W.G.H.M. van der Putten