Op- en herbegraving, rechthebbende(n)
29 oktober 2002
Vraag nummer: 1386 (oude nummer: 1738)
Fri Feb 23 13:29:57 2001
In 1997 stierf de zoon van dhr. D. Deze zoon was getrouwd en had 2 kinderen (waarvan 1 nu minderjarig en 1 nu meerderjarig). De echtgenote van de zoon van dhr. D. is ongeveer een half jaar na overlijden van zijn zoon hertrouwd. Voor de uitvaart destijds, inclusief het plaatsen van het grafmonument, de grafrechten etc., is allemaal door dhr. D. opdracht gegeven aan de uitvaartondernemer en ook door hem betaald. Maakt dit dhr. D. rechthebbende en zo ja, enige rechthebbende op het graf van zijn overleden zoon?
Nu doet zich de volgende situatie voor. De vrouw van dhr. D. is onlangs overleden en begraven in het dorp. Omdat de zoon (die destijds ook in het dorp woonde), heeft aangegeven in zijn eigen woonomgeving, tussen (indien mogelijk) naaste familieleden begraven te worden, wil dhr. D. zijn zoon laten opgraven en laten herbegraven naast zijn overleden moeder, waar t.z.t. ook dhr. D. begraven wordt. Ook andere familieleden hebben reeds opties op grond naast de overleden moeder. De echtgenote/kinderen van de zoon destijds, heeft echter bij de gemeente bezwaar aangetekend, waarna de gemeente het verzoek voor op- en herbegraving heeft afgewezen.
Hoe nu verder te handelen??
Antwoord:
Sat Feb 24 01:04:54 2001
Geachte heer of mevrouw,
Of de heer D als rechthebbende van het graf te boek staat, is een zaak die op zich niets te maken heeft met het regelen en/of betalen van de begrafenis. Het is simpelweg de vraag wie bij de houder van de begraafplaats als zodanig in de boeken staat. Dat zou ook de echtgenote kunnen zijn, of een kind. De kans is wel groot dat dit de heer D is, omdat meestal de begrafenisondernemer aan de begraafplaats doorgeeft wie rechthebbende moet zijn.
Overigens het 'rechthebbend-zijn' speelt alleen bij een eigen graf. Als de heer D junior begraven is in een algemeen graf, is er geen rechthebbende.
Er is nu een verzoek voor een herbegraving gedaan door de heer D. De gemeente (formeel de burgemeester) heeft het verzoek afgewezen, mede gelet op bezwaren van de vroegere echtgenote en kinderen, zo begrijp ik uit uw verhaal.
Tegen een afwijzing kan bezwaar worden gemaakt binnen een termijn van 6 weken. Na die 6 weken wordt de beslissing van de burgemeester onherroepelijk. Als die termijn nog niet om is, kan er is bezwaar worden aangetekend; als de zaak spoed heeft (maar dat denk ik niet), is het vragen van een zogenaamde voorlopige voorziening bij de rechtbank mogelijk. Ik verwacht echter dat een voorlopige voorziening wordt afgewezen, omdat een spoedeisend belang ontbreekt. Het hoeft niet per se volgende week. Dat zou anders liggen als de heer D junior net overleden was en er verschil van mening was over de plaats van begraving; dan moet binnen een paar dagen (mij zijn uit mijn eigen praktijk voorbeelden bekend dat het binnen een paar uur gebeurde) door de rechter een beslissing worden genomen.
Als die 6 weken om zijn, is er niets meer mogelijk. Althans niet de komende jaren, voor het tijdstip dat het graf geruimd zou kunnen worden. Op dat moment zou weer bekeken kunnen worden of de stoffelijke resten naar elders overgebracht worden.
Als die 6 weken nog niet om zijn, zou bezwaar aangetekend kunnen worden. De kansen van de heer D schat ik echter niet hoog in. Het is een landelijk gangbaar beleid dat een op- en herbegraving wordt toegestaan of binnen 2 maanden na de begrafenis, of na 10 jaar. Maar niet er tussen in. Binnen die 2 maanden kan de kist tamelijk eenvoudig worden overgebracht naar elders. Na 10 jaar geldt dit ook voor de dan nog aanwezige botten. Er tussenin is een zeer vervelend karwei, zal ik maar zeggen.
De redenen voor de herbegraving klinken mij ook niet erg overtuigend in de oren, moet ik bekennen. Als nu gesteld wordt dat de zoon in het dorp begraven had willen worden, waarom is dat dan in 1997 niet direct gebeurd? Want dan zou toen gehandeld zijn tegen de wens van de zoon in. Men had ook toen enkele graven naast elkaar kunnen reserveren voor ouders en eventueel overige familie. Waarom toen niet direct? Wellicht is men door een plotseling overlijden in 1997 overvallen. Maar dan had het binnen 2 maanden na de begrafenis ook bedacht kunnen worden.
Ik schat de kansen voor een bezwaar- en beroepsprocedure (eerst bezwaar bij de burgemeester, die zijn eerste beslissing moet heroverwegen, meestal aan de hand van een advies van een onafhankelijke bezwarencommissie; is het heroverwogen besluit ook negatief, dan kan men in een gewone (niet spoed)procedure naar de rechter) in dit geval niet hoog in, tenzij andere omstandigheden meespelen die u nog niet genoemd hebt. Aspecten als dat de weduwe vrij snel hertrouwd is kunnen bij de familie D misschien wel moeilijk liggen, maar zijn voor de rechter in een zaak als deze niet relevant.
mr W.G.H.M. van der Putten
24 februari 2001