Grafmonument van schoonfamilie weghalen?
14 juni 2007
Vraag nummer: 4804 (oude nummer: 9323)
Mevrouw Pxxxxxx is in januari overleden (zelfmoord) en begraven in een graf waarvan de heer P. (haar man) rechthebbende is. Heer P wil na zijn overlijden in dit graf worden begraven. Zijn kinderen en schoonfamilie willen dit beslist niet hebben. Heer P wil dit vast laten leggen in een testament bij een notaris. Maar in maart heeft de schoonfamilie met zijn kinderen een grafmonument laten plaatsen op dit graf en ook al de onderhoudsrechten betaald. Zonder toestemming van de heer P. Hij (hr. P) vraag mij een kopie van de vergunning die de gemeente heeft gegeven voor het plaatsen van dit monument. Deze was geadresseerd (en betaald) aan zijn schoonfamilie. Is het verstandig die op te sturen?? En hij wil graag weten of hij het monument mag weghalen zonder toestemming van de schoonfamilie.
Ik hoop op een spoedig antwoord.
Vriendelijke groeten,
X Y
Gemeente Xxxxx
Antwoord:
Geachte heer,
Juridisch is het allemaal vrij simpel, maar emotioneel zal het voor alle betrokkenen erg moeilijk zijn.
De heer Pxxxxxx mag een afschrift krijgen van de vergunning en andere papieren inzake het graf. Hij is immers rechthebbende van het graf en direct belanghebbende. En we hebben de Wet openbaarheid van bestuur.
Ik hoef denk ik niet op te merken dat het voor een begraafplaatshouder onverstandig is om een vergunning voor een grafmonument te verlenen aan een ander dan de rechthebbende, of aan een ander zonder toestemming van de rechthebbende.
Degene die de vergunning heeft gekregen, en die onderhoud heeft betaald, kan er verder geen rechten aan ontlenen. Het is net als het krijgen van een bouwvergunning. Leuk, maar als je geen eigenaar van de ondergrond bent is het een loos iets.
Ja, de heer P kan het monument weghalen. Hij mag of moet het niet vernielen. Hij kan het beste de opdrachtgever van de schoonfamilie schriftelijk aangetekend sommeren om het binnen 4 weken weg te (laten) halen, dan kan die niet klagen als er iets kapot gaat of als ze het monument niet terug krijgt. De heer P kan wel dreigen dat als het monument niet weg wordt gehaald, hij het gaat of laat verwijderen en vernietigen. Hij staat sowieso in zijn recht om het weg te halen.
Het is echter niet uitgesloten dat de schoonfamilie of de kinderen een advocaat inschakelen of een procedure beginnen om de steen te laten staan. Een rechter zou wellicht wel tot het oordeel kunnen komen dat een monument gepast is, als de heer P zelf niets op het graf aanbrengt. Het is algemeen gebruik om iets van een gedenkteken op een graf te plaatsen. Daar moet hij op bedacht zijn.
Wat het regelen van zijn eigen begrafenis in het graf door de heer P via een notaris betreft: dat gaat niet zonder meer lukken. Het is van belang dat er direct na zijn overlijden een rechthebbende is die toestemming geeft voor de begrafenis en die kan optreden als de kinderen bezwaar maken. Hij moet dat inderdaad al bij leven regelen. Maar een testament helpt niet, want wie voert het dan uit? Er staat geen sanctie op het niet uitvoeren. Bovendien wordt een testament vaak pas weken na het overlijden geopend. De heer P kan wel bij de Stichting Grafzorg Nederland (www.grafzorg.nl) vastleggen dat zij het graf beheert en dat hij daar begraven wordt. Dan moet hij dan natuurlijk regelen vóór zijn overlijden. Dat een neutrale derde de rechthebbende op het graf wordt en zijn wens uitvoert, is een wel werkende oplossing.
Met vriendelijke groet,
mr W.G.H.M. van der Putten