Gemeentelijke begraafplaats op grond van kerkgenootschap?
15 juni 2005
Vraag nummer: 3844 (oude nummer: 6045)
We hebben op de gemeentelijke begraafplaats een capaciteitsprobleem. Om tijd te winnen voor de voorbereiding van een uitbreiding willen we gebruik maken voor een deel van de bijzondere begraafplaats in de gemeente. Het kerkbestuur vindt dit goed, maar wil niet de grond verkopen. Ik vrees dat hiermee de invloed van de gemeente op het beheer van die graven beperkt wordt. Kan de gemeente juridisch vastleggen dat wij bepalen wat er op dat deel van de bijzondere begraafplaats gebeurt?
Antwoord:
Geachte heer,
Ik denk niet dat de gemeente - anders dan met medewerking van het kerkgenootschap - kan bepalen wat er op dat gemeentelijke gedeelte van de bijzondere begraafplaats gebeurt.
Ter vergelijking het volgende. In de Wet op de lijkbezorging is bepaald in artikel 39, eerste lid, dat aan een kerkgenootschap op zijn verzoek een deel van de gemeentelijke begraafplaats ter beschikking wordt gesteld. In het tweede lid van artikel 39 is bepaald welke verantwoordelijkheden en taken van de gemeente zijn en blijven, en waarover overleg wordt gevoerd met het kerkgenootschap. In de situatie van uw gemeente is het andersom, maar de afbakening van welke taken en verantwoordelijkheden voor de houder van de begraafplaats zijn lijkt mij hier (ook omgekeerd) van toepassing.
Ik vraag me overigens af wat voor zaken u als gemeente wilt regelen of beslissen die anders zijn dan wat het kerkgenootschap zou doen. Als het kerkgenootschap gewoonlijk graven 90 cm breed uitgeeft, om maar iets te noemen en de gemeente altijd 100 cm of 80 cm aanhield, is dat een punt van heftige meningsverschillen? Daar kunnen toch afspraken over worden gemaakt. Heeft het zin om afwijkende eisen voor grafmonumenten te stellen? Dat is allemaal zo betrekkelijk....
Nu wil ik me niet met uw gemeentelijk beleid bemoeien, maar veel regelzucht of bedisseling lijkt mij niet op zijn plaats als de gemeente 'te gast' is bij het kerkgenootschap. De gemeente heeft de wettelijke plicht om ruimte te maken voor een kerkgenootschap, maar een kerkgenootschap heeft geen plicht om ruimte te maken voor de burgerlijke gemeente. Nu heeft een kerkgenootschap ook wel een maatschappelijke verantwoordelijkheid. Maar het is eigen traagheid van de gemeente(raad) om niet zelf tijdig uit te breiden en dan past een beetje bescheidenheid. Het past dan niet om te vrezen voor de beperking van de invloed. Dat had het gemeentebestuur eerder kunnen bedenken.
Kortom, u kunt proberen om nadere afspraken te maken, maar de gemeente is niet in de positie om ook maar iets af te dwingen. Afspraken kunnen op verschillende manieren worden vorm gegeven, in een overeenkomst en/of in een bijzonder reglement. Maar het lijkt mij ook in het belang van de nabestaanden om het allemaal niet erg complex en afwijkend te maken.
Met vriendelijke groet,
mr W.G.H.M. van der Putten