Ruiming eeuwigdurende graven en verwaarlozing
8 augustus 2011
Vraag nummer: 25436
Geachte heer Van der Putten,
Onze gemeente heeft over twee begraafplaatsen in totaal 250 eeuwigdurende graven. Uit reeds door u geschreven antwoorden blijkt dat we niet "zomaar" kunnen overgaan tot ruiming van deze graven. Onderzoek in het streekarchief wijst uit dat er ten eerste weinig tot geen stukken terug te vinden zijn over deze eeuwigdurende graven en hun beheersverordeningen en ten tweede dat er niets in staat in de stukken over het vervallen van het recht.
We kunnen dus niet achterhalen of de gemeente nu over de grafrechten beschikt, wanneer er geen rechthebbende meer is te achterhalen.
Ik heb begrepen dat er ook gekeken moet worden naar de staat van de gedenktekens. Is er sprake van verval en verwaarlozing?. We willen alle eeuwigdurende graven waar geen rechthebbenden van bekend zijn in kaart brengen en fotograferen, zodat we per graf kunnen nagaan of er sprake is van verwaarlozing. Mijn vraag is:
1. Is dit de juiste procedure?
2. Zo nee, heeft u nog andere suggesties?
3. Zoja, wanneer is er precies sprake van verwaarlozing van een graf?
4. Wanneer een graf verwaarloosd is (en er geen rechthebbende bekend is), mogen we het graf dan toch ruimen (na plaatsing van bordje minimaal een jaar van te voren)?
Ik zie uw reactie met belangstelling tegemoet.
Met vriendelijke groet,
L. Zondag
Antwoord:
Geachte mevrouw,
Een grafrecht rust altijd op het graf en is niet afhankelijk van de vraag of er een rechthebbende (bekend) is of niet. Het grafrecht blijft bestaan, tenzij het aanwezig of bekend zijn van de rechthebbende een voorwaarde was op het moment van het aangaan van het grafrecht.
Als u geen gegevens meer hebt waaruit het bestaan van een dergelijke voorwaarde blijkt, is er geen reden om het grafrecht vervallen te verklaren. Dan blijft er alleen de mogelijkheid om de regeling voor kennelijke verwaarlozing (artikel 28 Wlb) toe te passen.
1. Het lijkt mij inderdaad een goede aanpak om alle graven die verwaarloosd zijn te inventariseren. Als de gemeente tot het oordeel komt dat de monumenten sterk verwaarloosd zijn, moet dat kort maar duidelijk beschreven worden en is het inderdaad erg verstandig om de graven ook uitgebreid te fotograferen om dat te kunnen aantonen. Als u het grootschalig wilt aanpakken, zou ik eerst ook criteria formuleren, zoals breuk van de steen, een verzakking van meer dan 10 cm, het onleesbaar afgesleten zijn van teksten, e.d.
2. Nee, een andere suggestie om legaal van oude graven af te komen heb ik niet.
3. Er zijn geen vaste normen voor wat verwaarlozing is. Er is (nog) geen jurisprudentie over. Het is overgelaten aan de beoordeling van de houder van de begraafplaats.
Maar ik zou alleen situaties als zodanig betitelen die evident zijn, want de wet spreekt over 'kennelijke verwaarlozing'. Het moet dus om duidelijke situaties gaan, die geen discussie kunnen oproepen. Dus geen stenen met haarscheuren of hoekjes van de steen af, maar wel stenen die doormidden gebroken zijn. Een beetje scheef is normaal, maar heel erg scheef niet. Stenen die dreigen om te vallen lijken me ook een duidelijk voorbeeld. Stenen waar de verf van de belettering is afgebladderd, zijn nog niet sterk verwaarloosd. Maar stenen waar de tekst helemaal van afgebrokkeld is, wel.
4. De verwaarlozingsregeling geldt niet alleen voor graven zonder rechthebbende, maar ook - en juist ook - voor graven met rechthebbende. De wet regelt immers dat de rechthebbende de kans moet krijgen om het grafmonument op te knappen.
In de wet staat een regeling voor bekendmaking: brieven naar het laatst bekende adres en bekendmaking bij het graf en bij de ingang van de begraafplaats. Het aloude mededelingenkastje, dat op veel begraafplaatsen verdwenen is, krijgt zo weer een belangrijke juridische functie!
Artikel 28 Wlb noemt ook termijnen waarna het grafrecht vervalt, namelijk 5 jaar. De tekst van artikel 28 doet het voorkomen alsof het een automatisme is na 5 jaar, maar ik meen dat er altijd een expliciet besluit van burgemeester en wethouders na die 5 jaar nodig is. Daarin wordt geconstateerd dat er 5 jaar lang niet op de verklaring als bedoeld in het 4e lid van artikel 28 gereageerd is en dat het grafrecht daarom vervalt.
Met vriendelijke groet,
mr W.G.H.M. van der Putten
TIP
Bezoek ook eens de video-adviesrubriek: Infotheek - reportages - kijkersvragen - juridische vragen en antwoorden (klik hier).
Bijvoorbeeld over de aankoop of het behoud van een graf voor eeuwig: