Verlengen grafrecht en wéér het volle bedrag rekenen (fout reglement RK begraafplaats)
4 juni 2004
Vraag nummer: 3157 (oude nummer: 4380)
een rk begraafplaats bij ons in de buurt heeft in haar reglement een min. grafrust van 20 jaar staan.
Bij een dubbel(diep) graf rekent men voor de 2e begraving deze termijn vanaf het moment dat de 1e 20 jaar verstreken zouden zijn. vb
vader in 2000 overleden.
moeder in 2004;
men rekent het volle bedrag aan nieuwe grafrechten en restitueert niets. De grafrechten lopen dan tot 2040. Is dit geoorloofd?
Antwoord:
Geachte heer,
Deze werkwijze, die wel bij meer RK begraafplaatsen voorkomt, is niet geoorloofd.
Er zit een heel verhaal achter dat ik hier niet uit de doeken kan doen; het verhaal is te specifiek en te lang. De juridische basis van dit soort graven is meestal geheel onjuist; vaak zijn het - puur juridisch gezien - geen eigen graven voor een echtpaar maar een soort algemene graven.
Hoe dan ook, dit is in strijd met de wet die stelt dat een bestaand graf (ongeacht of het een eigen graf of een algemeen graf is) slechts voor maximaal 10 jaar kan worden verlengd. Een verlenging is wettelijk ook niet aan de orde in uw voorbeeld want men mag niet eerder dan één jaar voor afloop van een termijn verlengen. Het dubbeldiepe graf uit 2000 voor 20 jaar (dus tot 2020) mag alleen in 2019 worden verlengd (voor 10 jaar van 2020 tot 2030). Of, wanneer de moeder in uw voorbeeld overlijdt in 2011 en men formeel 1 jaar wettelijke grafrust tekort komt, dan in 2011 voor de periode 2020-2021. Zou moeder in dit voorbeeld overlijden in 2015, dan zou in 2015 het recht van 2020-2025 mogen worden geregeld. Meer niet.
Het klinkt wat gek om te zeggen, maar in dat korte vraagje van u zit een kluwen van diverse fouten in het begraafplaatsreglement. Als ik het helemaal uit zou moeten leggen zou me dat bladzijden kosten; er zijn bovendien varianten op omdat er diverse varianten in RK beheersreglementen zijn. Het heeft geen zin om een verhaal af te steken met varianten die voor u niet relevant zijn. Voor u is alleen relevant de conclusie: het is fout, want het is in strijd met het recht en het is in strijd met de wet.
Helaas komt deze fout deels ook voor in het huidige artikel 21 van het model-reglement van de RK kerkprovincie uit 2003.
U kunt een en ander weigeren en gewoon niet betalen. Als de begraafplaats dit niet accepteert, kunt u overwegen om een klacht in te dienen bij de Ombudsman Uitvaartwezen. Dat kan alleen indien de betreffende parochiebegraafplaats is aangesloten bij de Landelijke Organisatie van Begraafplaatsen. In dat geval ben ik bereid om iets van die juridische kluwen voor u te ontwarren; ik heb het deels al wel in artikelen en zo opgeschreven. Ik moet dan wel afschriften van het reglement en andere stukken zoals grafaktes en correspondentie van u hebben om te zien welke variant van het verhaal voor u relevant is.
Als de begraafplaats niet is aangesloten bij de LOB en Ombudsman Uitvaartwezen, kunt u óók gewoon weigeren om te betalen. De parochie moet dan, als u aanmaningen gemotiveerd terzijde schuift, naar de rechter om haar vordering te innen. Ook voor dat geval ben ik bereid om u nadere informatie te verschaffen.
Het vervelende van deze situatie is dat deze fouten al enkele jaren bekend zijn bij de RK Kerkprovincie, maar dat men weinig aanstalten maakt om het (model)reglement aan te passen en parochies beter te informeren over wat mag, kan en wat niet kan. Zowel nabestaanden als parochies zijn daar de dupe van.
mr W.G.H.M. van der Putten