Grafrechten voor 1973
10 november 2008
Vraag nummer: 5851 (oude nummer: 11662)
Mijn grootouders hebben een graf gekocht in 1926.
Wij hebben er nadien nooit voor hoeven betalen.
In 1979 kregen we een nieuw grafbewijs,hoefden weer niets te betalen,de looptijd was 30jaar.Is in 2009 afgeloen en nu moeten bijna 1000,- betalen.
Ik vraag mij af of dat zo kan.Hoe moet artikel 28 enartikel 84 van de laatse wet op de lijkbezorging hierop worden toegepast.
De graven werden in 1926 gekocht voor onbepaalde tijd.
Gaarne uw reactie
Antwoord:
Geachte heer,
Waarom schrijft u in de kop 'Grafrechten voor 1973'? Er is of was niks in 1973 dat iets aan grafrechten veranderde.
Artikel 84 van de Wet op de lijkbezorging zegt dat het recht op een eigen graf, verleend vóór het in werking treden van deze wet in 1991, wordt geacht een uitsluitend recht op een graf in de zin van artikel 28 te zijn. Dat betekent dat ook grafrechten van voor 1991 recht hebben om verlengd te kunnen worden (voordien bestond dat recht niet). En dat, ook als er geen schriftelijke bewijzen van uitgifte zijn, er toch een grafrecht is. Na 1991 is er alleen een grafrecht, als het recht schriftelijk gevestigd is. Je kunt tegenwoordig geen mondelige afspraken meer maken, wat vroeger wel kon.
Maar over naar uw concrete vraag. U schrijft dat uw grootouders in 1926 een graf gekocht hebben en dat er nadien niet meer voor betaald is. Dat zegt niets en dat weet u ook niet zeker. Dat er na 1926 niets meer betaald is zegt niets over de termijn waarvoor dat graf is uitgegeven. Vaak lieten begraafplaatsen oude graven gewoonweg liggen, omdat men de ruimte toch niet nodig had. Voorts weet men nooit helemaal zeker of er toch niet tussentijds betaald is. Stel dat het graf in 1926 voor 20 jaar was uitgegeven, dan kan best een oom of tante in 1946 nog eens een verlenging hebben betaald; hoe weet u zeker dat dat nooit gebeurd is? U hebt geen inzicht in de complete financiele administratie van al uw familieleden en van de begraafplaatshouder tussen pakweg 1936 en 1970.
Het is waarschijnlijk dat de grafrechten ooit verlopen zijn, anders had er in 1979 geen nieuwe grafakte voor een termijn van 30 jaar uitgegeven hoeven worden. De termijn tussen 1926 en 1979, 53 jaar, is geen logische termijn. Een graf werd bijvoorbeeld uitgegeven voor 10, 20 of 30 of 50 jaar, maar nooit voor 53 jaar.
Ja, als er in 1979 een nieuw grafrecht op het oude graf gevestigd werd voor 30 jaar, dan loopt dat in 2009 af. En zal er voor een verlenging (van 10 jaar) betaald moeten worden, als u of een ander familielid het graf wenst te behouden.
U stelt nu wel dat in 1926 het grafrecht voor onbepaalde tijd werd gekocht, maar u hebt er blijkbaar geen bewijs van. Uit het feit dat in 1979 een nieuwe akte werd uitgegeven, blijkt het tegendeel. Als het werkelijk een graf voor onbepaalde tijd was, zou de familie in 1979 toch niet akkoord zijn gegaan met een nieuwe akte en een nieuwe betaling?
Maar zelfs als er in 1926 een recht voor onbepaalde tijd gevestigd zou zijn geweest, heeft dat nu geen betekenis meer. Want dat oude recht is vervallen door het grafbewijs van 1979.
Misschien is het zo dat u op de idee van een recht voor onbepaalde tijd bent gekomen, omdat in een grafbewijs van 1926 geen termijn genoemd stond. Ik heb wel vaker oude documenten gezien waar geen termijn in stond. Maar dat betekende - in relatie tot de toen geldende beheersverordening of beheersreglement - dat het ging om een graf dat werd uitgegeven voor de wettelijke termijn van grafrust, te weten 10 jaar.
Als een graf voor onbepaalde tijd werd uitgegeven, werd dat ook altijd uitdrukkelijk op de grafakte vermeld.
Maar nogmaals, zelfs als er nog een grafbewijs uit 1926 bestaat met vermelding dat het om een graf voor onbepaalde tijd gaat, dan nog is het recht in 1979 vervallen. Dat kunt u nu niet meer aanvechten, die mogelijkheid is al lang verjaard.
Met vriendelijke groet,
mr W.G.H.M. van der Putten