Begraven in verkeerd graf
6 april 2005
Vraag nummer: 3809 (oude nummer: 5827)
Op een bijzondere begraafplaats in onze gemeente doet zich het volgende probleem voor.
Er is afgelopen vrijdag 1 april (echt) een persoon A begraven in een graf dat in 2003 is uitgegeven aan een mevrouw B welke een zus is van degene begraven in het naastliggende graf. De beheerder heeft dit over het hoofd gezien.
Mevrouw B wil nu dat er een op- en herbegraving plaats vindt om het graf weer vrij te maken voor haar. De familie van persoon A wil onder geen beding meewerken aan een op- en herbegraving. Zij dreigen met een rechtzaak om de op- en herbegraving te voorkomen.
Wiens recht telt hier het zwaarst. De familie van persoon A zal zich beroepen op de wettelijke grafrust. Mevrouw B zal haar grafrecht willen laten gelden. Beiden zijn niet genegen om voor een andere oplossing te kiezen.
Antwoord:
Geachte heer,
Juridisch heeft mevrouw B het volste recht aan haar kant om opgraving te eisen. De familie van persoon A hoeft ook helemaal niet meer te werken. Maar ze kunnen inderdaad juridische stappen ondernemen (en in latere instantie desnoods een rechtszaak aanspannen) om de opgraving tegen te gaan.
Wiens recht het zwaarst telt, kun je niet zeggen.
Je kunt alleen zeggen dat persoon B de regels aan haar kant heeft. Maar wellicht heeft de familie van A goede argumenten om dat opzij te schuiven. Ik meen dat wanneer snel op- en herbegraving plaats vindt, geen sprake is van schending van grafrust. Het hangt van de definitie van grafrust af, maar mijn definitie is anders. Zolang de kist kan worden verplaatst zonder dat de stoffelijke resten hoeven te worden aangeraakt of geroerd, is er geen verstoring van grafrust. De situatie is dan immers identiek aan die toen de kist met inhoud naar de begraafplaats werd vervoerd. Pas als de kist te slecht is geworden en men het lichaam moet oppakken, is er in mijn optiek verstoring van grafrust. Maar dat is een mening; er is geen wettelijke of andere definitie. En grafrust is niet per definitie onaantastbaar, uitzonderingen zijn altijd mogelijk.
Formeel heeft zonder meer persoon B gelijk.
Maar wat te doen en wat is de beste weg?
Formeel heeft zonder meer persoon B gelijk. Maar wat te doen en wat is de beste weg?
De burgemeester moet m.i. verlof tot opgraving afgeven; ik zie geen enkele reden of op termijn handhaafbare reden om dat te weigeren. Persoon A heeft het grafrecht; familie B niet. Ik zie wel veel varianten, maar die zijn complex en het zou me pagina's tekst kosten om het in detail uit te leggen. Zie ook andere vragen over opgraving in deze adviesrubriek. Maar ik meen dat de burgemeester geen persoonlijke gevoelens en persoonlijke belangen moet en mag wegen. Het verschil is: moet de gemeente voor rechter spelen of de rechter? Dan denk ik de rechter. Dus ik beperk me tot de conclusies. Ik zou heel snel (liefst vandaag) verlof afgeven en aan partijen aangeven dat er bezwaar kan worden aangetekend en voorlopige voorziening bij de rechtbank kan worden aangevraagd. Ik zou een termijn stellen aan het verlof, namelijk dat de opgraving pas op of vanaf 10 dagen mag worden uitgevoerd. Dan ben je volgens mij als gemeente zuiver en onpartijdig bezig en geef je de andere partij de kans om tijdig een rechtszaak te beginnen en voorkom je dat 'snel stiekem' wordt opgegraven.
Toestemming van familie A is niet nodig; het verlof kan direct worden verstrekt aan B. A heeft dan de kans juridische stappen te zetten.
Snelheid van handelen is in deze kwestie van belang. Ik zou voor het afgeven van de vergunning niet allerhande partijen gaan horen, dat heeft geen zin en kost onnodig tijd, omdat de standpunten toch al bekend zijn. De simpele constatering dat inbreuk is gemaakt op de rechten van mevrouw B is voldoende motivering voor een bestuurlijk besluit. Het wegen van andere meer persoonlijk getinte belangen lijkt mij een taak voor de rechter.
Met vriendelijke groet,
mr W.G.H.M. van der Putten
NB
Deze zaak heeft geleid tot een rechtszaak. Zie Voorzieningenrechter rechtbank Almelo 29 april 2005, LJN AT5005.